De begroting is opgebouwd uit de volgende begrotingsprogramma’s:
1: Fysieke leefomgeving
2: Economie, Werk en Ontwikkeling
3: Sociale leefomgeving
4: Burger en Bestuur
5: Algemene dekkingsmiddelen en Onvoorzien
6: Bedrijfsvoering
Ieder begrotingsprogramma start met een visie (hiervoor vormt het Raadsprogramma de basis), een korte uiteenzetting van de thema’s die in dat programma aan de orde zijn en een meerjarenraming per programma. De programma's 5 en 6 hebben vanwege hun aard een andere indeling gekregen (geen doelenboom). Daarna volgt per thema een algemene beschrijving, de doelenboom met vervolgens toelichting op de doelenboom. Met hierin de vaste vragenstructuur: Wat willen we bereiken? Wat gaan we hiervoor doen? Wat mag het kosten?
Voor het bepalen van de doelstellingen per thema zijn we uitgegaan van de inhoudelijke doelen. We koppelen hieraan kosten op doelstellingsniveau. De ramingen op alle taakvelden binnen het thema zijn dit jaar op themaniveau weergegeven (vorige begroting was nog op programmaniveau). Met deze twee aanpassingen is er meer koppeling tussen beleid en financiën ontstaan.
Per thema zijn de verbonden partijen benoemd die een bijdrage leveren aan de realisatie van de doelstellingen binnen dit thema. In paragraaf E (Verbonden Partijen), zijn deze verder beschreven.
De vermelde indicatoren in deze programmabegroting zijn de verplichte indicatoren welke het BBV voorschrijft.