Inleiding

Tekort door het Rijk

Terug naar navigatie - Tekort door het Rijk

Eind 2021/begin 2022 heeft kabinet Rutte IV eenzijdig de spelregels rond het gemeentefonds gewijzigd. Met name de afschaffing van de zgn. ‘trap-op-trap-af’- systematiek heeft vergaande financiële gevolgen voor onze begroting. Het ‘ravijnjaar’ 2026 deed z’n intrede met een teruggang in het gemeentefonds van € 4 miljard, wat voor Veenendaal op basis van huidige prijzen neerkomt op € 14,2 miljoen. Het Rijk is naderhand gemeenten een klein beetje tegemoet gekomen, waardoor de korting voor ons uitkomt op € 8,3 miljoen in 2026.  
Deze korting, en onder meer de extra benodigde middelen voor jeugdzorg en voorzieningen, waren aanleiding om een omvangrijke heroverweging van taken te starten. Tezamen met de benodigde middelen voor met name vervanging van voorzieningen heeft dit in de Kadernota 2025-2028 geleid tot een pakket aan maatregelen ter hoogte van € 16,8 miljoen.
Rekening houdende met de tijdens de behandeling van de kadernota aangenomen amendementen leidde dit tot een negatief perspectief van € 1.387.000 in 2028. Tevens is een motie aangenomen waarin het college wordt verzocht ‘Indien het Rijk haar bezuinigingen op het Gemeentefonds terugdraait en de verwachte tekorten bij de gemeente vanaf het zogeheten Ravijnjaar 2026 gaat dekken, de raad voor te stellen om de boventrendmatige OZB verhogingen voor de jaren 2026, 2027 en 2028 (verder) te matigen.’. Matiging is mogelijk tot een maximum van € 5,45 miljoen, wat overeenkomt met de 30% extra OZB-stijging vanaf 2027. Op het moment dat matiging aan de orde is dan leggen wij, het meerjarenperspectief in acht nemend, een voorstel aan u voor. Ook zullen wij in dat voorstel opnemen welke andere heroverwegingsmaatregelen uit de Kadernota 2025-2028 mogelijk teruggedraaid kunnen worden voor de resterende ruimte die een eventuele terugdraai van de rijkskorting met zich meebrengt. 

De VNG heeft de gemeenten verzocht om inzichtelijk te maken welke maatregelen nodig zijn als de rijkskorting niet wordt teruggedraaid. Bij de Kadernota 2025 hebben we daarom inzichtelijk gemaakt welke heroverwegingen nodig zijn om onder andere dit tekort te kunnen dekken. In onderstaande tabel geven we u en de VNG inzicht in de opbouw van het huidige saldo van de begroting en wat het effect kan zijn van het (mogelijk) terugdraaien van de rijkskorting. Het saldo onderaan de tabel geeft aan welke ruimte er zou zijn voor het terugdraaien van andere heroverwegingsmaatregelen. 

bedragen x € 1.000 2025 2026 2027 2028
Saldo begroting inclusief rijkskorting en voor heroverweging -5.826 -14.273 -15.421 -16.841
Heroverwegingsvoorstellen 5.889 11.658 15.459 16.861
Saldo Programmabegroting 2025 en meerjarenraming 2026-2028 63 -2.615 38 20
Situatie bij eventuele terugdraai rijkskorting gemeentefonds:
Saldo Programmabegroting 2025 en meerjarenraming 2026-2028 63 -2.615 38 20
Terugdraaien rijkskorting gemeentefonds 0 8.260 8.260 8.260
Matiging OZB-stijging (maximale inzet) 0 -3.450 -5.450 -5.450
Saldo Programmabegroting 2025 en meerjarenraming 2026-2028 63 2.195 2.848 2.830

Inleiding

Terug naar navigatie - Inleiding

De titel ‘Samen werken in vertrouwen’ is niet zomaar gekozen voor het raadsakkoord. Dit staat voor wat Veenendaal was, is en wil zijn. Letterlijk en figuurlijk samen bouwen aan Veenendaal. Als je een gedicht over Veenendaal zou schrijven, passend bij de mensen die er wonen en de manier waarop we ons als gemeente al vele jaren opstellen, zou ‘Het ingetogen Veenendaal’ een goede titel zijn. We lopen niet zo voorop met wat we hebben bereikt, maar de praktijk laat zien dat we als gemeente wel degelijk heel veel te bieden hebben. De afgelopen jaren hebben we met elkaar hard gewerkt om Veenendaal nog beter en nog mooier te maken. ‘Het trotse Veenendaal’ als titel van een gedicht over onze stad is een brug te ver. Maar we mogen trots zijn op wat we met elkaar bereiken voor Veenendaal en dit delen en uitdragen. 

Om ook in de toekomst te kunnen blijven bouwen aan Veenendaal blijft de samenwerking met inwoners, ondernemers en samenwerkingspartners als de politie, Veenvesters, Veens Welzijn, het onderwijs, ontwikkelaars en bedrijven van cruciaal belang. Ook andere overheden en bovenlokale samenwerkingsverbanden zoals Regio Foodvalley, provincie en het Rijk zijn nodig om onze ambities voor Veenendaal waar te kunnen maken. Gelukkig is Veenendaal een gemeente met betrokken inwoners, ondernemers en organisaties. Ook dat is iets om trots op te zijn en te koesteren. 

Voor veel dingen zijn we als gemeente afhankelijk van anderen. Het belang van samenwerking zie je bijvoorbeeld ook terug bij het bouwen van voldoende woningen, het zorgen voor kwalitatief goede voorzieningen en een leefbare openbare ruimte, de energietransitie, de aanpak van criminaliteit en een vitale lokale economie. Het is goed ons te blijven beseffen dat we het als gemeente niet alleen kunnen.

Als de periode van intensieve heroverweging, resulterend in besluitvorming in de kadernota 2025-2028, iets heeft uitgewezen, dan is het wel dat ‘tijdens de verbouwing de verkoop gewoon doorgaat’. Binnen onze krappe financiële mogelijkheden zijn en blijven we op vrijwel alle beleidsterreinen stappen zetten om te werken aan een gezonde, duurzame, leefbare en veilige stad. Een stad die een sterke (sociale) basis biedt aan al onze inwoners, ondernemers en organisaties. Samen willen wij in vertrouwen blijven werken aan het Veenendaal van de toekomst.

Raadsakkoord en begroting

Terug naar navigatie - Raadsakkoord en begroting

Het Veenendaal van de toekomst
Veenendaal was en is een stad van en voor ons allemaal. Een plaats waar we met betrokken inwoners, ondernemers en organisaties voortdurend bezig zijn om onze samenleving nog beter te maken. 
Veenendaal ontwikkelt zich, economisch en maatschappelijk. Vandaag en in de toekomst wil Veenendaal een plaats zijn waar het goed wonen, werken en verblijven is. Dat geeft uitdagingen! Onze huidige manier van leven en werken leidt tot schaarste: schaarste aan ruimte, energie en grondstoffen.

De sociale cohesie en het omzien-naar-elkaar zijn hoog in Veenendaal, maar we zien ook een toenemende sociale problematiek. Nieuwe technologieën ontwikkeling zich snel. De huidige tijd is dan ook een tijd waarin grote onderwerpen aan de orde zijn, tegelijkertijd en in relatie met elkaar. Dan hebben we het ondermeer over woningbouw, mobiliteit, circulariteit, energie, digitalisering, zorg, welzijn, veiligheid, economie, ondernemen, onderwijs en cultuur. Naar onze overtuiging kunnen wij de vraagstukken van vandaag en in het bijzonder die van morgen niet oplossen op de manier zoals wij dat in het verleden deden. Daarvoor zijn ze te fundamenteel, te complex en te zeer verweven. Het vinden van oplossingen vraagt veel creativiteit, en de bereidheid en vaardigheid om ook buiten de huidige kaders te denken en te zoeken. De oplossingen van deze vraagstukken vormen de bouwstenen en het ontwerp van de samenleving van de toekomst, het Veenendaal van de toekomst. Deze oplossingen zoeken we samen met uw raad, onze inwoners, ondernemers en instellingen. Samen geven we vorm aan het Veenendaal van de toekomst, waarin welzijn, welvaart en veiligheid geborgd zijn, en waarin brede welvaart daadwerkelijk gestalte krijgt. 
In deze begroting worden daartoe stappen gezet. Diverse onderwerpen worden in het vervolg van dit hoofdstuk thematisch toegelicht. Waarbij wij doelen en ambities stellen en plannen opstellen, die we een plaats geven in deze begroting en in de betreffende beleidsdocumenten.

De thema’s Wonen en Mobiliteit
De bevolking blijft groeien. Veenendaal kiest voor versterking van de woonfunctie en richt de blik naar de regio (‘Excellente woonstad in een complementaire regio’, Strategische Visie Veenendaal 2040).
Veenendaal heeft de allure, voorzieningen en ontwikkelkracht van een stad en de vriendelijkheid van een dorp. Om dit te blijven, staat Veenendaal voor een aantal grote opgaven die allemaal ruimte vragen, maar de ruimte binnen onze gemeentegrens is beperkt. Samenwerking met buurgemeenten en de Regio Foodvalley is van belang.
Uitgangspunt voor de ontwikkeling is een goede balans tussen wonen en werken waarbij de kwaliteit van de leefomgeving behouden blijft. Om de balans in de leefomgeving goed te houden moet Veenendaal naast woonruimte ook ruimte reserveren voor werkgelegenheid, natuur, water, groen, voorzieningen, bewegen, ontmoeten en bereikbaarheid. Hiervoor is een ‘slimme’ omgang met de beschikbare mogelijkheden binnen en buiten de gemeentegrenzen nodig. Dit doen we door de groei eerst op te vangen door te kiezen voor inbreiding en daarna voor uitbreiding. Waar mogelijk maken wij daarbij optimaal gebruik  van innovatie, kennis en creativiteit, waarbij wij duidelijke keuzes niet uit de weg gaan. 
De Groei & Bloei van Veenendaal is niet alleen een ruimtelijk vraagstuk maar ook een financieel en maatschappelijk vraagstuk. Door slim te investeren in de hoofdambities van Veenendaal kunnen we een beroep doen op de grote investeringsfondsen die de rijksoverheid beschikbaar heeft.
De 'regiodeal' Foodvalley is landelijk gezien een belangrijke regiodeal als het gaat om duurzame landbouw, gezonde voeding en mogelijke oplossingen voor het stikstofvraagstuk. De landbouwtransitie speelt een prominente rol in de ruimtelijke afspraken tussen gemeenten, provincies en het Rijk. Voor de samenwerking met buurgemeenten en het zoeken naar kansen voor ontwikkelruimte is de voortgang van de landbouwtransitie ook voor Veenendaal belangrijk.

Thema Energie en Duurzaamheid
De ambitie voor Energie en duurzaamheid krijgt steeds verder vorm. De kaders zijn gesteld, de energietransitie komt goed op gang en ook de basis voor de circulaire transitie krijgt meer vorm. 
De focus voor het thema Energie en Duurzaamheid ligt voor de komende jaren vooral op de circulaire transitie. Voor de afvalscheiding, het hergebruik en het reduceren van het huishoudelijk afval zijn we op de goede weg, maar in het circulair denken en handelen als gemeente moeten wij meer daadkracht tonen. Dat doen wij door bij de ontwikkeling en het beheer van de openbare ruimte en ons vastgoed circulariteit en duurzaamheid in te bedden.

De inzet van Veenendaal als duurzame stad is ook goed voor de lokale economie. Ondernemers willen namelijk graag hun bedrijf vestigen in een stad die als duurzaam bekend staat. Vanuit de in 2024 afgesloten Green Deal loopt er inmiddels een aantal projecten waarin vooral het energiemanagement de aandacht krijgt. In 2025 staat een tweetal initiatieven gepland om bedrijventerreinen groen en klimaatbestendig te gaan inrichten. 

De  energietransitie bouwen we de komende jaren verder uit,  maar leidt ook tot nieuwe uitdagingen. Inwoners en bedrijven wekken de laatste jaren massaal zelf energie op. Hierdoor loopt het elektriciteitsnet sneller dan verwacht tegen de grenzen van haar capaciteit aan. Momenteel is dit de meest voelbare en urgente uitdaging. Dat vraagt van ons om na te denken over het energiesysteem van de toekomst, in te zetten op  een slimmer gebruik van onze energie infrastructuur en de duurzame nieuwbouwgebieden ‘netbewust’ in te richten.  In 2025 zal ook de warmtetransitie de nodige aandacht vragen. Enerzijds omdat wordt gewerkt aan het eerste warmtenet in de bestaande bebouwing wat een aantal uitdagingen met zich meebrengt. Anderzijds zetten we een volgende stap in de transitievisie warmte, als opmaat naar het verplichte warmteprogramma.

Thema Openbare ruimte en groen
De kwaliteit van de openbare ruimte en het groen is belangrijk voor het welbevinden van onze inwoners en de aantrekkelijkheid van onze gemeente voor nieuwe inwoners, bezoekers en bedrijven. Naast een schone en veilige ruimte willen we dat de openbare ruimte uitnodigt tot een duurzaam gebruik, dit doen we op basis van onze aanpak voor Bewegen, Ontmoeten, Spelen en Sporten (BOSS). Deze aanpak vergt ook het toevoegen van meer (hoogwaardig) groen in het areaal en het vergroten van de biodiversiteit om zo een klimaatbestendige leefomgeving te realiseren. Door klimaatbestendig te handelen zijn we voorbereid op toekomstige extreme klimaatcondities. Tegelijkertijd moeten we rekening houden met de lokale omstandigheden en ruimte bieden om maatwerk te leveren als we in de beperkte ruimte schaduwrijke verblijfsplekken inrichten of voorzieningen treffen om uitdroging te voorkomen en wateroverlast tegen te gaan. Het zoeken naar de balans tussen de 'groene' leefruimte en de eveneens noodzakelijk 'grijze' infrastructuur is met de beperkt beschikbare ruimte geen eenvoudige opgave. Tevens wordt ook het belang van de ondergrond steeds duidelijker. Ook hier wordt de ruimte steeds schaarser door meer maatschappelijke opgaven (vergroenen, warmtenetten, gescheiden rioolstelsel, nutsvoorzieningen).

Dit thema heeft belangrijke raakvlakken met de thema’s 'Wonen' en 'Energie en Duurzaamheid'. Wij vinden het daarom van belang om deze integraliteit in de concrete plannen voldoende aandacht te geven.


Thema Digitalisering
De ongenadigd snelle ontwikkeling van digitalisering heeft grote impact op de samenleving en de eigen organisatie. Steeds meer (overheids)diensten worden gedigitaliseerd. Dit vraagt om een grote kwaliteitsimpuls van onze data en informatie. De juistheid, betrouwbaarheid en volledigheid van de data en informatie is de basis voor een goede digitale overheid. De vraag naar een open overheid brengt met zich mee dat waar aan de ene kant de poorten open worden gezet om data en informatie te delen, er hard gewerkt moet worden om deze te beveiligen en te voorkomen dat de privacy in het geding komt dan wel dat fraude wordt gepleegd of misbruik wordt gemaakt van de openheid. Naarmate alles digitaal wordt, is de goede opslag van alle informatie van belang maar ook de vindbaarheid hiervan (duurzame toegankelijkheid). De weerslag van de digitale ontwikkeling is goed te zien in de vele verordeningen en wetten die op Europees en landelijk niveau worden gemaakt voor de digitale overheid. Onze organisatie is bezig om de relevante wetgevingen met de juiste prioriteit uit te voeren. 
Om alle veranderingen in de omgang met informatie in goede banen te leiden, is het programma “I-grip” ontwikkeld en in de uitvoering. Met het programma moet de kwaliteit van de informatievoorziening, -huishouding en -beheer worden verbeterd, zodat de beschikbare informatie consistent, volledig en betrouwbaar is. Dit vraagt om groter bewustzijn, werkhygiëne en vaardigheden van de gemeentelijke organisatie. Hiertoe wordt een uitgebreid trainings- en opleidingsprogramma ontwikkeld, waarmee de digitale fitheid wordt verhoogd. Het verhogen van de digitale fitheid geldt ook voor de hele Veense samenleving. Veenendaal zet in op een inclusieve stad. In een digitaal tijdperk is digitale inclusie ook van belang. Het komende jaar staat in het teken van maatregelen die deze digitale inclusie moeten verhogen. Tot slot worden in 2025 ook diverse dataproducten opgeleverd, waarmee meer inzicht en overzicht van bestaande bedrijfsprocessen ontstaat. 
Naast de bovenstaande activiteiten, die voornamelijk intern gericht zijn, blijft Veenendaal inzetten op de publieke private samenwerking via ICT-Campus. Dit gaat als een zelfstandige stichting verder, waarbij de grootste aandacht blijft gaan naar menselijk kapitaal in de ICT-sector. Ook de inzet op versterken van innovatieve bedrijven in de ICT, voornamelijk op het snijvlak van agro-food, wordt voortgezet. Deze activiteiten moeten de ICT-as van de A-12 versterken alsmede het profiel van Veenendaal binnen de regio. Er wordt een begin gemaakt met verkenning van een gebiedsontwikkeling op deze as, opdat met een fysieke campus uitstraling kan worden gecreëerd.

Thema Veiligheid
Voortbordurend op en passend bij het raadsakkoord over thema veiligheid geeft het vastgestelde integraal veiligheidsplan  (IVP) richting aan de inspanningen komend jaar (2025) en verder. Begin 2025 stellen wij als college voor 2025-2026 een nieuw uitvoeringsprogramma vast. Hierin zijn de acties opgenomen om de ambities uit het IVP te realiseren. De focus ligt op (het tegengaan van) ondermijning, digitale veiligheid en (het voorkomen van) maatschappelijke onrust. We doen dat dichtbij en samen met onze inwoners, ondernemers en lokale ketenpartners.

Thema Zorg en Welzijn
Onze visie op het sociaal domein is om de kracht van de samenleving ten volle te benutten, waarbij we gezamenlijk verantwoordelijkheid dragen en iedereen naar vermogen kan meedoen. Waar nodig bieden we de noodzakelijke ondersteuning. Samen met Model Veenendaal vormt dit het fundament onder het Integraal Beleidskader Sociaal Domein 2024-2027 (IBK-SD), waarmee we de integrale samenwerking binnen het sociaal domein versterken.

Integraal Beleidskader Sociaal Domein 
In het IBK-SD zijn de doelen vastgesteld waar wij de komende vier jaar aan gaan werken. Deze maatschappelijke doelen zijn: bestaanszekerheid, bevorderen van zelfredzaamheid en kwalitatief goede ondersteuning bieden voor inwoners die het nodig hebben. Samen met onze maatschappelijke partners hebben we de reeds ingezette beweging gemaakt van samen denken naar samen doen. Er is een stevige programmastructuur, die ons in de gelegenheid stelt systematisch aan de doelen te werken.

IZA en GALA
Gelieerd aan het IBK-SD zijn het Integraal Zorg Akkoord (IZA) en het Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA).  

Met het IZA wordt beoogd om een transformatie teweeg te brengen naar een systeem dat is ingericht op het werken aan gezondheid en preventie. Het doel is minder zorg te (hoeven) leveren en bij te dragen aan een gezonde en vitale maatschappij. In 2025 nemen wij actief deel aan de uitvoering van het regioplan Vitale Gelderse Vallei 2023-2027. Specifiek op basis van de volgende vijf coalities: Vitaal ouder worden, Kansrijk opgroeien, Mentaal Vitaal, Passende zorg multiproblematiek en Acute zorg. 

Het GALA, dat in 2023 werd gesloten tussen gemeenten, GGD, zorgverzekeraars en het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS) helpt de gemeente Veenendaal met de verdere bouw aan een lokale en regionale aanpak op het gebied van preventie, gezondheid en de sociale basis. Preventie staat daarbij voorop. De zogenaamde stip op de horizon is een gezonde generatie in 2040, met betaalbare zorg voor mensen die dat nodig hebben. Wij geven in 2025, conform het plan van aanpak, verder uitvoering aan de thema’s uit het GALA.  

Een gedegen inzet van preventie en het borgen van interventies vragen een lange adem. De budgetten voor de lokale uitvoering van het GALA zijn toegekend tot en met 2025 en deels tot en met 2026. Ondanks dat preventie opgenomen is in het hoofdlijnenakkoord 2024 – 2028 van het nieuwe kabinet, is op dit moment onduidelijk wat dit betekent voor de voortgang van IZA en GALA. Deze onzekerheid voor zowel onze partners, die een groot aandeel hebben in de lokale uitvoering van het GALA, als voor gemeentelijk beleid en begroting vormt een risico voor de borging van preventie op de lange termijn.

Hervormingsagenda jeugd 
Rijk en gemeenten hebben in de ‘Hervormingsagenda Jeugd’ afspraken gemaakt om de knelpunten in de jeugdzorg structureel aan te pakken. Het gaat daarbij om een combinatie van maatregelen en middelen. In 2025 wordt verder uitvoering gegeven aan de maatregelen op lokaal en regionaal niveau. 

In de Hervormingsagenda Jeugd zijn diverse strategische opgaven geformuleerd die gericht zijn op het versterken van zelfredzaamheid en het waarborgen van bestaanszekerheid. Deze opgaven vereisen een integrale preventieve aanpak die verder reikt dan alleen jeugdhulp. Wij richten ons op bredere maatschappelijke problemen zoals armoede, schulden en huisvesting, die een directe impact hebben op de leefomstandigheden van jeugdigen en hun gezinnen. Daarnaast is er een duidelijke koppeling met het onderwijs en de ondersteuning van ouders die te maken hebben met uitdagingen op het gebied van bijvoorbeeld geestelijke gezondheid.  

Een belangrijk uitgangspunt is dat de meest kwetsbare jeugdigen tijdig en passende hulp moeten ontvangen, met als doel dat zij zoveel mogelijk in een veilige thuisomgeving of in een vertrouwde nabijheid kunnen opgroeien. Om dit te realiseren, werken wij ook in 2025 aan de verdere afbouw van residentiële voorzieningen en bevorderen we kleinschalige initiatieven en reguliere huisvesting voor jongeren. Dit is essentieel om de door- en uitstroom van verblijfsvoorzieningen te optimaliseren en een meer duurzame en stabiele omgeving voor de jeugd te creëren. 

In financiële zin moeten de maatregelen, op basis van de besluitvorming over de Kadernota 2025-2028, een besparing op de kosten van de jeugdzorg opleveren van minimaal afgerond € 1,7 miljoen in 2026 oplopend naar € 2,2 miljoen vanaf 2028. 

Enerzijds verwachten wij een deel van het besparingspotentieel te halen via het verder doorvoeren van maatregelen, mede door hier gezamenlijk in op te trekken met de andere gemeenten in onze jeugdhulpregio. Anderzijds verwachten wij dat de deskundigencommissie, die oordeelt over in hoeverre gemeenten de maatregelen hebben doorgevoerd, in hun zwaarwegende advies zal aangeven dat de gemeenten niet de gehele besparing kunnen bewerkstelligen. Dit mede doordat de nieuwe Jeugdwet nog niet is aangenomen door het parlement. Wij hebben de beschikbare informatie vanuit Veenendaal voor dit advies inmiddels aangeleverd en geven volledig medewerking aan alle onderzoeksvragen. Beide onderwerpen dienen financieel in samenhang te worden gezien. 

In de hervormingsagenda is opgenomen dat “onvoorziene ontwikkelingen en autonome groei, vallen onder de verantwoordelijkheid van het Rijk“. Bij navraag hoe dit moet worden geïnterpreteerd geeft de VNG aan dat “de betreffende passage is te lezen als een opdracht aan de deskundigencommissie om vanuit deze principes een uitspraak te doen. Dit zal een zwaarwegend advies zijn. Dat betekent dat de deskundigencommissie volgend jaar januari een uitspraak doet, het kabinet zich er dan nog op zal gaan beraden, en evt. financiële compensatie bij de Voorjaarsnota (VJN) 2025/meicirculaire 2025 van het  gemeentefonds verwerkt zal worden. Iedereen (inclusief VWS) houdt er rekening mee dat er compensatie zal komen volgend voorjaar, maar de grote vraag is hoeveel. Dat weten we dus wellicht richtinggevend in januari 2025, maar pas echt zeker in mei 2025”.

Thema Economie, Ondernemen en Bedrijfsleven
Veenendaal willen wij aantrekkelijk houden als vestigingsplaats voor ondernemers, zowel voor de bedrijventerreinen als voor de binnenstad en de winkelcentra. Wij blijven daarom uitvoering geven aan het vestigingsbeleid, verbeteren van het ondernemersklimaat en onze ondernemersdienstverlening. Uitgangspunt hierbij is de verbinding tussen het stimuleren van de lokale economie en het behouden en vergroten van kwalitatieve en kwantitatieve werkgelegenheid op verschillende niveaus. De versterking en uitbreiding van de woonfuncties en de daaraan gekoppelde (maatschappelijke) voorzieningen vraagt ook om aandacht voor economische ontwikkelingen in Veenendaal. Anders gezegd: een deel van de economische groei en groei van de werkgelegenheid moet plaatsvinden op bestaande bedrijventerreinen, waarbij sprake is van beperkte ruimtelijke mogelijkheden. Voor de fysieke ontwikkeling van een aantal bedrijventerreinen gericht op duurzaamheid, circulariteit, klimaatadaptatie en het tegengaan van netcongestie sluiten we aan bij provinciale en landelijke initiatieven. Ook op lokaal niveau hebben we een actieve inbreng om dergelijke initiatieven te ontwikkelen en waar nodig te ondersteunen. De noodzakelijke financiering van deze ontwikkelingen komt, naast eigen middelen, uit subsidies en bijdragen van het bedrijfsleven. 

Thema Cultuur en evenementen
Op 3 juni 2024 heeft de raad het nieuwe evenementenbeleid voor de jaren 2024 en volgend vastgesteld met daarin onder andere aandacht voor duurzaamheid en gezondheid, locaties, geluidsnormen en levendigheid. In de uitvoering van ons beleid richten wij ons op het vinden van een goede balans tussen de levendigheid van de stad en het voorkomen van overlast door o.a. het stellen van duidelijke kaders, het vroegtijdig betrekken van omwonenden en het borgen van de veiligheid van inwoners tijdens evenementen.

De raad heeft op 9 juli 2024 besloten om in de begroting een taakstellend jaarbudget, waarvan de jaarlijkse lasten met € 0,5 miljoen verminderd zijn (€ 4,28 miljoen in plaats van € 4,78 miljoen), op te nemen voor de ontwikkeling van het nieuwe theater. Het taakstellende jaarbudget is voor zowel de dekking van de lasten van het te investeren bedrag, als de jaarlijkse exploitatielasten van het theater en wordt nader uitgewerkt in het masterplan dat voor de behandeling van de programmabegroting 2025 en meerjarenraming 2026-2028 aan de raad wordt voorgelegd (ten behoeve van de agendering hiervan in de reguliere novemberraad). Hierbij wordt variant C uit de uitgangspuntennotitie als minimum aangehouden. Deze variant gaat uit van een nieuw theater met een grote en kleine theaterzaal met poppodiumfunctie. Hierbij wordt tevens motie M2024.33 'Regionaal Lampegiet' betrokken. Deze motie is gericht op het zoeken van cofinanciering bij omliggende gemeenten vanwege het regionale karakter van het theater. 
Na vaststelling van het masterplan, wordt gestart met het vervolgproces gericht op realisatie van het nieuwe theater in 2028. Hiervoor wordt onder andere een aanbestedingsstrategie, ontwerp, RO- en vergunningsprocesplan en risicomanagement opgesteld. Ook zal de theaterexploitatie worden aangepast op de aanpassingen in het Masterplan. Deze stappen worden deels nog in 2024 en grotendeels in 2025 gezet. De bouw van een nieuw theater is een majeur project wat ook specifieke kennis vereist. Voor dit project wordt nu al gewerkt met een bredere projectorganisatie. Dit wordt in 2025 uitgebreid, gericht op beheersing van (technische, financiële en procedurele) risico’s. 

Het thema Onderwijs
Wij willen dat alle Veenendaalse kinderen en jongeren volop kansen krijgen om zichzelf te ontwikkelen en hun talenten te benutten, zodat hun start in het onderwijs en de maatschappij optimaal is. Hieraan wordt, in overleg en in afstemming met de partners in de Lokale Educatieve Agenda (LEA), op verschillende manieren invulling gegeven. In 2024 is de beleidsagenda LEA vastgesteld. Vanaf 2025 zetten we de uitvoering van het LEA-overleg voort waarin we meer datagedreven zullen werken. 

Een belangrijke en omvangrijke taak voor de gemeente met betrekking tot onderwijs, is de huisvesting. De gemeente heeft de afgelopen jaren ingezet op een aantal ontwikkelingen:
-    Ontwikkeling van Integrale KindCentra (IKC): vastgelegd in het IKC-beleid
-    De vernieuwing, clustering en verduurzaming van het onderwijsvastgoed: vastgelegd in het Integraal Huisvestingsplan Onderwijs (IHP). 
In 2025 worden beide beleidsdocumenten vernieuwd. 

Parallel aan de vernieuwing van deze beleidsdoelstellingen, wordt er al concreet gewerkt aan de ontwikkeling van een aantal nieuwe IKC’s: IKC Dragonder Noord, IKC Dragonder Zuid en IKC PO/SBO/SO.

Voor 2028 staat de oplevering van nog een IKC gepland. Dit betreft de vervangende nieuwbouw voor de Calvijnschool. Tot slot is in de voorliggende begroting financieel ruimte opgenomen om enkele bouwkundige aanpassingen in het Ontmoetingshuis te realiseren. Dit is noodzakelijk om meer ruimte te creëren voor de onderwijsfunctie in dit gebouw. 
De komende jaren lopen er dan ook voor onderwijsvastgoed (en daaraan samenhangende functies zoals sport, kinderopvang en welzijn) een groot aantal projecten. Samen met de ontwikkeling van het nieuwe IHP wordt dan ook gewerkt aan de uitwerking van een programmatische opzet. Dit zorgt voor een integrale aansturing op niveau van de totale gemeentelijke vastgoedportefeuille. 

Bestuursstijl

Terug naar navigatie - Bestuursstijl

In het raadsakkoord 2022-2026 staan ambities op het gebied van bestuurlijke samenwerking. Om deze ambities verder vorm te geven, is in 2023 een Klankbordgroep Bestuurlijke Samenwerking ingesteld. In deze klankbordgroep zijn zowel raad, college als organisatie vertegenwoordigd. Deze klankbordgroep is o.a. betrokken bij de voorbereidingen van de jaarlijkse conferentie waarin raad, college en organisatie in gesprek gaan over bestuurlijke samenwerking en ontwikkelingen die ons in gezamenlijkheid (kunnen) raken. Ook begeleidt de klankbordgroep de besluitvorming rondom het thema bestuurlijke samenwerking. In april 2024 heeft de gemeenteraad besloten om een pilotproject op te starten binnen de Openbare Ruimte om te experimenteren met nieuwe vormen van bestuurlijke samenwerking, met een hoger participatieniveau. In het najaar van 2024 krijgt de raad een tweede voorstel voorgelegd met daarin de keuze van een concreet pilotproject op het gebied van mobiliteit / verkeersveiligheid. De insteek van deze pilot is dat inwoners en andere belanghebbenden zelf regie voeren op het proces en de gemeente een meer faciliterende en adviserende rol aanneemt. De gemeente blijft wel verantwoordelijk voor de uitvoering van het plan. Het doel van deze pilot is om meer eigenaarschap bij inwoners te leggen, maar ook om input te krijgen van inwoners die anders niet zo snel deelnemen of participeren met de gemeente.    

Organisatie

Terug naar navigatie - Organisatie

Organisaties, en dus ook gemeenten, moeten in de huidige krappe arbeidsmarkt veel moeite doen om kwalitatief personeel in voldoende mate te werven en aan zich te binden. Daarnaast neemt de vraag naar kwalitatief personeel toe vanwege de steeds complexere vraagstukken die bij gemeenten op tafel liggen. Denk hierbij aan de Omgevingswet, energietransitie, woningbouwopgave, klimaatadaptatie, circulaire economie, stikstofproblematiek, maar ook ten aanzien van financiële, juridische en ICT expertise. Ook de vergrijzing en ontgroening van de arbeidsmarkt spelen hierbij een rol. Bovenstaande ontwikkelingen maken een doeltreffende inzet van het instrument strategische personeelsplanning (SPP) van groot belang.

Binnen gemeente Veenendaal zijn we bezig met een strategische personeelsplanning. Hiermee willen we een duidelijk beeld krijgen van onze huidige teamsamenstelling en de relatie met de reguliere werkzaamheden en onze organisatie- en teamdoelstellingen (de taken en opgave waarvoor we als gemeente staan). Dit omvat zowel kwalitatieve aspecten als kwantitatieve aspecten. Waarbij we ook willen kijken hoe onze teams zich verhouden tot vergelijkbare organisaties. Uit het rekenkamerrapport in 2024 naar Strategische Personeelsplanning blijkt al dat onze organisatie relatief krap is ten opzichte van vergelijkbare gemeentegroottes (nog afgezien van ambitieniveaus). Naast het kijken naar capaciteit kan ook interessant zijn te bezien of er ook mogelijkheden voor efficiënter en effectiever werken denkbaar zijn in de verdere ontwikkeling van automatisering, digitalisering en inzet van AI en robots in processen.
Mede in dit kader wordt er ook gewerkt aan een werkgeversprofilering waarmee we ons komende jaren actief als aantrekkelijk werkgever gaan profileren. 

Huisvesting
De coronapandemie fungeerde als een katalysator voor veranderingen die nodig waren om te kunnen werken op afstand. Het Veens werken is daarbij in een stroomversnelling gebracht. Daarmee vraagt het hybride werken, waaronder video-overleggen, mede door het plaatsonafhankelijk kunnen werken ook structureel goede faciliteiten. Zowel bij medewerkers thuis, als qua diverse faciliteiten op het gemeentehuis. Ook los daarvan raakt de inrichting van het gemeentehuis op veel plekken in het gebouw gedateerd. Niet alleen functioneel en arbo-technisch maar ook qua duurzaamheid en qua aantrekkelijke werkomgeving. In het werktevredenheidsonderzoek uit 2024 kwam een aantrekkelijke en functionele werkomgeving ook als een belangrijk aandachtspunt naar boven dat door veel collega's werd benoemd. Om ook een goede balans in thuiswerken en aanwezigheid in het gemeentehuis te kunnen bereiken, maar ook voor behoud van, en aantrekken medewerkers, is het van belang te investeren in een vernieuwde inrichting.  Ook vanuit de raad zijn eerder behoeften geuit aan onder anderen studieplekken en een bredere inzet van de openbare ruimten in het gemeentehuis. Deze behoefte die al enkele jaren geleden gestart is met een oriëntatie naar wensen is dit jaar geconcretiseerd in een programma van eisen. Aan de hand hiervan heeft een extern bureau een eerste schets gemaakt van de mogelijkheden voor een meer eigentijdse en tegelijkertijd efficiënte inrichting. Op basis van de huidige informatie uit de ontwerpfase streven we ernaar dat de herinrichting uit bestaande middelen (budgetten) gerealiseerd wordt. Bij het opstellen van de begroting zitten we in de fase dat wij de mogelijkheden bespreken en bezien of en hoe daadwerkelijk concrete vervolgstappen worden gezet. Waarover de raad vanzelfsprekend dan ook wordt geïnformeerd en waar nodig om besluiten wordt gevraagd.
Een mogelijke herinrichting zal dan parallel gaan lopen met de projecten rond regulier onderhoud en rond duurzaamheid. Dit betreft projecten zoals de gevelvervanging, vervanging van traditionele binnenverlichting en verbetering van het binnen klimaat.

Belastingen
De overdracht van taken van belastingen naar GBLT verloopt voorspoedig en ligt daarmee op schema om per 1 januari 2025 gerealiseerd te zijn.

Overig bedrijfsvoering
In de begrotingsparagraaf "D. Bedrijfsvoering” wordt een nader beeld gegeven van de bedrijfsvoering.

Opbouw van de begroting

Terug naar navigatie - Opbouw van de begroting

Ten opzichte van vorige jaren hebben we geprobeerd de leesbaarheid van de begroting voor wat betreft de 6 programma’s te verbeteren.

Indeling van de programma’s
Na de inleiding en beschrijving van het financieel kader volgt het programmaplan, waarin de 6 programma’s zijn uitgewerkt. Hierbij wordt steeds dezelfde indeling gehanteerd:

PROGRAMMA
- Beschrijving van de visie m.b.t. dat programma;
- De thema's;
- Financieel overzicht m.b.t. dat programma;
- Relevante ontwikkelingen per thema;
- Uitwerking van de heroverwegingsvoorstellen kadernota 2025-2028.

Indeling in thema’s
Per thema de volgende indeling:
- Algemene informatie over dat thema;
- De doelenboom (wat willen we bereiken; wat gaan we ervoor doen);
- Opsomming van gerelateerde beleidsstukken zoals Nota’s;
- Financieel overzicht m.b.t. dat thema.

In deze programmabegroting is de indeling van Programma 1 Fysieke Leefomgeving aangepast. De thema's Ruimtelijke ontwikkeling, Openbare ruimte en Wijkgericht werken zijn vervangen door de thema's 'De groei en ontwikkeling van de stad', 'De duurzame stad' en 'Het beheer van de stad'. 

Per thema zijn de verbonden partijen benoemd die een bijdrage leveren aan de realisatie van de doelstellingen binnen dit thema. In paragraaf E (Verbonden Partijen), zijn deze verder beschreven.

Voor de verplichte indicatoren welke het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) voorschrijft nemen wij een directe link op naar het portaal 'Waar staat je gemeente'. Met behulp van deze link kunt u de vaste set aan indicatoren raadplegen. Een uitzondering hierop zijn de indicatoren voor het Programma 6 Bedrijfsvoering. Deze gegevens zijn te vinden in Programma 6 van deze Programmabegroting.  Dashboard BBV - waarstaatjegemeente.nl

Financieel perspectief

Terug naar navigatie - Financieel perspectief

In het hoofdstuk Financieel kader wordt u meegenomen in de totstandkoming van het begrotingssaldo vanaf het moment van de Kadernota 2025-2028 tot op heden. De Programmabegroting en meerjarenraming omvatten de periode 2025 tot en met 2028.  Het begrotingssaldo voor de periode 2025 - 2028 ziet er als volgt uit:

Bedragen x € 1.000 2025 2026 2027 2028
Saldo 63 -2.615 38 20