Programma 3: Sociale leefomgeving

Visie

Terug naar navigatie - Visie

Integraal beleidskader sociaal domein
Het jaar 2023 was het laatste jaar van het Integraal beleidskader sociaal domein 2020-2023 (IBK SD). In aanloop naar het nieuwe IBK-SD 2024-2027 zijn breed wensen en verwachtingen opgehaald bij inwoners, raad, adviesraden, partners en betrokkenen. Het nieuwe IBK-SD bouwt verder op het oude IBK. We blijven werken vanuit de visie sociaal domein en het Model Veenendaal 2020, maar we gaan de accenten en focus iets verleggen. Zo hebben we meer oog voor het denk- en doenvermogen van de inwoners.

Belangrijke onderwerpen zijn:

  • preventie en vroegsignalering;
  • inclusieve samenleving en kansengelijkheid;
  • toekomstbestendigheid sociaal domein;
  • zelfredzaamheid en sociale basis;
  • menselijke maat en vertrouwen in de overheid;
  • handhaving, controle en verantwoording.

Dit vertaalt zich in de volgende maatschappelijke doelen voor de komende vier jaar:

  • we streven naar bestaanszekerheid voor alle inwoners;
  • we bevorderen zelfredzaamheid;
  • er blijft kwalitatief goede ondersteuning voor inwoners die het nodig hebben.

In de programmabegroting 2024 zijn inspanningen op de beoogde effecten opgenomen die zijn afgeleid van het laatste jaar uit het integraal beleidskader 2020-2023. De hierin opgenomen tien maatschappelijke doelen vormen hiervoor de basis.

Wet aanpak meervoudige problematiek sociaal domein 
Het voorstel voor de Wet aanpak meervoudige problematiek sociaal domein (Wams) is ingediend bij de Tweede Kamer. De wet stelt gemeenten straks in staat om de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo), de Jeugdwet, de Participatiewet, de Wet Inburgering en de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening in samenhang met elkaar uit te voeren. Ook wordt betere samenwerking mogelijk met aangrenzende domeinen als zorg, onderwijs en wonen. Bij het vaststellen van de programmabegroting 2023 was de verwachting dat de wet per 1 januari 2024 in werking zou treden. Deze was al doorgeschoven naar 1 juli 2024, maar nu deze wet controversieel is verklaard zal invoering van de wet zeker niet voor 1 januari 2025 plaatsvinden.

Integrale handhaving sociaal domein
Handhaving is essentieel om ervoor te zorgen dat we ons geld besteden aan inwoners die steun ook echt nodig hebben. Zo borgen we dat de meest kwetsbare inwoners van Veenendaal kunnen rekenen op goede ondersteuning, voorkomen we dat door onrechtmatig gebruik onnodige uitgaven worden gedaan en weten inwoners en aanbieders dat plegen van fraude niet loont. Naast financiële overwegingen is handhaving ook nodig om het draagvlak van het beleid overeind te houden. Daarbij is het belangrijk om bij het vormgeven van handhaving een balans te vinden tussen vertrouwen en controle. 

In het IBK SD is beschreven dat we toe willen werken naar integrale handhaving binnen het sociale domein. Eind 2021 is hiervoor een beleidsplan handhaving sociaal domein 2022-2025 vastgesteld. Dit is een overkoepelend plan voor Participatiewet, Wmo en Jeugd. Inmiddels zijn er binnen het gehele sociale domein toezichtfuncties ingericht. Daarnaast wordt samen met het fysieke domein ook gewerkt aan het multidisciplinair handhaven om enerzijds de controlelasten te beperken, maar ook om zicht te krijgen op domein overstijgende problematiek en ondermijnende criminaliteit.  
In het beleidsplan handhaving is de visie beschreven van handhaving, uitgangspunten en instrumenten. Dat handhaven noodzakelijk is wordt breed gedragen. Wel is aangekondigd dat college en raad nog in gesprek gaan over balans tussen vertrouwen en controle. Dit naar aanleiding van het gebruik van risicosturing binnen de Participatiewet.
In december 2023 is door het college een heronderzoekssystematiek Participatiewet vastgesteld. Deze nieuwe aanpak past in de keuze om handhaving vanuit het uitgangspunt van vertrouwen vorm te geven. Zij is gericht op een rechtmatige verstrekking van een uitkering, met een menselijke maat. Dit vertaalt zich in een andere frequentie, maar ook in een andere toon van gesprekken. Daarnaast is de insteek van gesprekken breder. Zo worden deze ook gebruikt om kwetsbare inwoners te versterken.  

 

Thema's

Terug naar navigatie - Thema's

De visie van het Programma Sociale Leefomgeving komt tot uiting in acht thema’s:
I.          Inkomen
II.        Sociaal domein – Participatie en re-integratie
III.      Sociaal domein – WMO
IV.      Sociaal domein – Jeugd
V.       Onderwijs en ontwikkeling
VI.     Sport
VII.    Cultuur
VIII.  Welzijn

I.    Inkomen

Aanpak geldzorgen, armoede en schulden
In juli 2022 is de aanpak geldzorgen, armoede en schulden van start gegaan. Gemeenten ontvangen vanaf 2024 structureel € 40 miljoen  voor de aanpak.
De geformuleerde ambitie voor armoede is dat het aantal kinderen dat in armoede opgroeit in 2025 is gehalveerd ten opzichte van 2015. In 2015 was het armoedepercentage 9,1%. Bij een gelijkluidende definitie van armoede (tot 110% van het wettelijk minimum), is de armoede onder kinderen in 2023 gedaald naar 6,2%. Het is de verwachting dat dit in 2024 verder daalt naar 5,1%. Exacte lokale armoedecijfers zijn niet beschikbaar, maar cijfers van de gemeente Veenendaal liggen in lijn met het landelijke beeld (bron: Divosa benchmark Armoede en Schulden). De daling is het gevolg van het verbeteren van de financiële situatie door landelijke regelingen. Denk daarbij aan de verhoging van het wettelijk minimumloon en de daaraan gekoppelde regelingen. Ook maatregelen om de hogere energieprijzen te dempen helpen daarbij. Een tweede actielijn is ervoor zorgdragen dat inwoners met geldzorgen of een inkomen rond de armoedegrens toch kunnen participeren. Er wordt daarom ingezet op het voortzetten van subsidies aan stichtingen, zoals de voedselbank, het jeugdfonds sport en cultuur en stichting Leergeld. Ook de voorbereidingen voor het oprichten van de Stichting Urgente Noden leveren hieraan een bijdrage.

Inkomensvoorziening Participatiewet, IOAW, IOAZ en BBZ
In 2023 is het bestand bijstandspartijen lichtelijk gestegen, van 1.028 naar 1.061. Het aantal inwoners met een IOAW- of IOAZ-uitkering is lichtelijk gedaald, van 28 uitkeringen naar 26 uitkeringen. Het bestand is gestegen met 3,2% en dat is redelijk in lijn met het landelijke beeld in de Divosa Benchmark. Het verhoogde instroomcijfer kan verschillende oorzaken hebben: zoals verhoogde taakstelling statushouders, verruiming van de kostendelersnorm, faillissementen en reorganisaties bij bedrijven. Ook het Centraal Bureau voor Statistiek onderschrijft de lichte stijging in werkeloosheid in de loop van het jaar. Ons bestand stijgt iets harder ten opzichte van de groei van de werkzame beroepsbevolking in 2023 (0,83%). De arbeidsmarktregio Foodvalley geeft aan dat er nog steeds sprake is van een zeer krappe arbeidsmarkt. Dit zal in de komende jaren niet wezenlijk veranderen. De krapte op de arbeidsmarkt, zoals benoemd onder programma 2, biedt kansen voor mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt.

Menselijke maat
De Rekenkamercommissie Veenendaal heeft in 2023 'de menselijke maat' gewogen. De rekenkamer concludeert dat de gemeente Veenendaal geen geëxpliciteerde visie heeft op het handelen volgens de menselijke maat.
In het Integraal Beleidskader Sociaal Domein (IBK SD) 2024-2027 wordt deze als volgt gedefinieerd: "oog hebben voor de eigenheid en vermogens van inwoners in specifieke omstandigheden en bij de uitvoering van vastgesteld beleid". Inwoners mogen van onze gemeente verwachten dat we hen behoorlijk behandelen en daarbij eerlijk, duidelijk en begripvol zijn. Daarbij spreken we heldere en begrijpelijke taal en houden we rekening met de leefwereld, en het denk- en doenvermogen van de inwoners.
In 2024 wordt de menselijke maat verder uitgewerkt als onderdeel van het IBK SD.

Armoedebeleid/Minimaregelingen
De Veenendaalpas is een uitvoeringsinstrument van de minimaregelingen. In 2023 is het aantal deelnemers met 65% toegenomen. Daarnaast is een plan opgesteld voor technische aanpassingen aan de website om daarmee het gebruiksgemak en de toegankelijkheid te verhogen. Planning is dat deze aanpassingen in het eerste kwartaal van 2024 worden doorgevoerd.
In 2023 is er een evaluatie uitgevoerd van de minimaregelingen met inwoners en maatschappelijke partners. Deze evaluatie is meegenomen bij het opstellen van het IBK SD 2024-2027 en heeft geleid tot het vaststellen van enkele wijzigingen door de Raad. Belangrijkste wijzigingen zijn het samenvoegen van zoveel mogelijk budgetten en het niet- vervallen van de budgetten aan het einde van het pasjaar. Deze wijzigingen worden vastgelegd in de vierde wijziging van de integrale verordening sociaal domein die naar verwachting in het eerste kwartaal van 2024 aan de raad wordt aangeboden.
Het aantal inwoners dat gebruik maakt van de Veenendaalpas neemt toe. We zien dat er een nieuwe groep inwoners gebruik maakt van de diverse minimaregelingen. Dit komt enerzijds doordat het aanvragen van de Energietoeslag gekoppeld was aan de Veenendaalpas en anderzijds doordat er een hogere urgentie is om gebruik te maken van de minimaregelingen door de oplopende inflatie. Verder is de regeling meerkosten chronisch zieken met ingang van 1 januari 2023 opnieuw ingevoerd. Dit id inclusief een verhoging van € 200 naar € 500 voor het pasjaar dat liep tot 1 juli 2023 en het huidige pasjaar dat loopt  tot 1 juli 2024.
Het bereik van de regelingen is verhoogd en daarmee zijn ook de kosten toegenomen. In de tweede en derde bestuursrapportage 2023 heeft de gemeenteraad hiervoor extra budget beschikbaar gesteld. Het tekort voor alle minimaregelingen samen is uitgekomen op € 300.000 op het budget voor de minimaregelingen.  Reden is dat er meer inwoners dan verwacht recht hebben op de regeling meerkosten chronisch zieken voor het pasjaar dat is gestart op 1 juli 2023 (en loopt tot 1 juli 2024).
De verwachting was dat tweederde van de aanvragen in 2023 ingediend zou worden en één derde in 2024 (dus ook ten laste van volgend jaar). In de praktijk blijkt dat een groter deel van de aanvragen ten laste van 2023 komt. 

Voedselbank
De gemeente vindt het belangrijk dat de Voedselbank blijft bestaan, zolang hier noodzaak voor is. Samen met de Voedselbank verrichten we de benodigde inspanningen om passende huisvesting te faciliteren. Het faciliteren van huisvestiging in de vorm van een inspanningsverplichting is meegenomen in het Integraal Beleidskader Sociaal Domein 2024-2027.

Energiearmoede
Meer dan een half miljoen Nederlanders leeft in energiearmoede en de verwachting is dat dit aantal toeneemt. Het zijn vooral huurders die kampen met energiearmoede. Mensen die in energiearmoede leven hebben zo’n hoge energierekening dat hun inkomen te laag is om de energierekening te betalen. Dit betreft mensen met een minimuminkomen maar ook mensen met een hoger inkomen maar met een energetisch slecht geïsoleerde woning.

In 2023 hebben we inwoners op diverse manieren ondersteund om hun huis en gedrag energiezuiniger te maken met als doel dat zij de energierekening kunnen blijven betalen. We hebben hiervoor een aantal specifieke uitkeringen ontvangen van het rijk, die we gericht hebben ingezet om huishoudens in een kwetsbare positie (vanwege de gestegen energielasten) op korte termijn te ondersteunen bij het nemen van maatregelen om de energierekening te verlagen. Hieronder een aantal acties die in Veenendaal zijn ondernomen:
•    Bij het Trefpunt en woningcorporatie Veenvesters zijn energiecoaches en -vrijwilligers die huurders en woningeigenaren informeren over het verduurzamen van hun woning;
•    Veenvesters heeft met behulp van hun energiebrigade kleine energiebesparende maatregelen uitgevoerd bij 206 huishoudens (huurwoningen);
•    De ‘Veense isolatieactie’, waarbij woningeigenaren zijn geadviseerd over en ontzorgd bij het isoleren van hun woning;
•    Inwoners die recht hadden op Energietoeslag hebben gebruik kunnen maken van een voucherregeling vanuit de provincie Utrecht, waarbij ze werden ontzorgd om kosteloos één isolatiemaatregel uit te laten voeren in hun woning. In 2023 zijn via deze actie 39 woningen op een natuurvriendelijke wijze geïsoleerd. Daarnaast hebben 55 woningeigenaren zich aangemeld en (indien technisch mogelijk) ontvangen zij in 2024 een isolatiemaatregel; 
•    Inwoners die recht hadden op energietoeslag hebben een cadeaubon aan kunnen vragen van € 100 om in te wisselen voor producten waarmee gas of stroom bespaard kan worden. Bijvoorbeeld tochtstrippen, radiatorfolie of ledlampen. In 2023 zijn er 840 bonnen verzilverd;
•    We hebben de lokale isolatieaanpak van het Nationaal Isolatieprogramma vormgegeven. In 2024 gaat de aanpak van start. De aanpak richt zich op verschillende doelgroepen, waarbij inwoners die recht hebben op energietoeslag de hoogste subsidie kunnen ontvangen en het meest ontzorgd worden bij het realiseren van isolatiewerkzaamheden.

De overheid heeft bij de miljoenennota 2023 besloten dat gemeenten voor 2023 wederom een energietoeslag mogen uitkeren. Hierbij hebben gemeenten de keuze om deze in zijn geheel in 2023 uit te keren (€ 1.300) na aanpassing van de wet, of de energietoeslag 2022 met € 500 te verhogen en vervolgens € 800 voor de energietoeslag 2023 uit te keren. De gemeente Veenendaal heeft voor de tweede optie gekozen. In maart 2023 is dus € 500 overgemaakt aan elk huishouden dat de energietoeslag 2022 heeft ontvangen.
Door vertraging in de wetswijziging heeft de energietoeslag 2023 vertraging opgelopen. Op 11 december 2023 hebben we de ambtshalve uitkeringen voor de energietoeslag 2023 uitbetaald. Vanaf 18 december 2023 is het mogelijk om nieuwe aanvragen in te dienen. Inwoners kunnen tot en met 31 maart 2024 nieuwe aanvragen indienen. Afhandeling van deze aanvragen kan tot 1 september 2024. Financieel moeten al deze uitgaven worden toegerekend aan het jaar 2023. Uitgangspunt is dat de begrote uitgaven ook daadwerkelijk nodig zijn. 

Schulddienstverlening
Het aantal huishoudens met problematische schulden ligt sinds 2015 rond de 8%. Het is de landelijke ambitie om dit percentage uiterlijk in 2030 te halveren, echter is het percentage in 2023 gestegen naar 8,8%. Er zijn geen nauwkeurige cijfers van het aantal huishoudens met problematische schulden in Veenendaal, maar ook hier geldt dat onze gemeente over het algemeen in lijn ligt met het landelijk beeld. Mogelijk dat de stijging komt doordat de fiscus is begonnen met het innen van achterstallige belastingen doordat deze tijdelijk waren opgeschort door de coronacrisis. Ook andere partijen hebben de invorderingsmaatregelen inmiddels weer aangescherpt.
Verbeteracties rondom schuldenproblematiek zijn het verkorten van de schuldregeling van 36 maanden naar 18 maanden, de inzet op vroegsignalering en een verbeterplan voor de uitvoering van schuldhulpverlening door gemeenten. Dit laatste plan staat ook wel bekend als de basisdienstverlening. De basisdienstverlening staat voor een verbetering van de dienstverlening van gemeentelijke schuldhulpverlening en bestaat uit een aantal elementen om inwoners met schulden nog beter te bereiken, vast te houden en schuldenrust te bieden. Voor deze verbetering ontvangen gemeenten geen extra rijksmiddelen.
Het in 2021 ingevoerde vroegsignaleringsbeleid blijkt effectief te zijn. Signaalpartners (energieleveranciers, woningbouwverenigingen en zorgverzekeraars) zijn verplicht om signalen aan te leveren bij de gemeente. In Veenendaal ligt het percentage dat hulp accepteert hoger dan landelijk gemiddeld (13% tegenover 8%). Het is bekend dat persoonlijk contact, vooral het afleggen van een huisbezoek, het meest effectief is. Dat effect is ook in Veenendaal zichtbaar. Het aantal meldingen dat binnenkomt is sinds de invoering van vroegsignalering lager dan landelijk gemiddeld. Dit houdt waarschijnlijk verband met het onvoldoende ontvangen van signalen van de signaalpartners. In 2023 is er budget beschikbaar gesteld voor de uitvoering van vroegsignalering. Het is nog niet bekend of er na 2023 middelen worden verstrekt voor vroegsignalering. De gemeente Veenendaal zet structureel eigen middelen in voor formatie voor de uitvoering van vroegsignalering. Deze middelen zijn vooralsnog toereikend geweest.   

Bijzondere bijstand/Individuele inkomenstoeslag
We zien een stijging in de kosten voor bijzondere bijstand vanwege een lagere draagkracht van inwoners. Door de sterke stijging van de bijstandsnorm is het recht op bijzondere bijstand voor de groep niet-bijstandsgerechtigden hoger dan in 2022. Deze stijging zit voornamelijk in de uitgaven voor bewindvoering. In 2023 zijn de kosten voor bijzondere bijstand met € 80.000 gestegen ten opzichte van 2022. Voor komend jaar verwachten we een verdere stijging vanwege hogere kosten van bewindvoering. De uitgaven voor de individuele inkomenstoeslag zijn stabiel.

Toeslagenaffaire
In de 3e bestuursrapportage 2023 staat dat het Rijk ons in het kader van de hulp aan gedupeerden van de toeslagenaffaire een bedrag van € 495.000 heeft overgemaakt. Volgens onze administratie hebben wij recht op een aanzienlijk lager bedrag. We zouden nog een standpunt innemen over hoe we met het verschil van € 458.000 omgaan.
In het raadsvoorstel bij deze jaarstukken en in de bijgevoegde raadsinformatiebrief staat ons standpunt, waarbij we voorstellen om het verschil terug te betalen. De hierbij behorende afweging c.q. onderbouwing vindt u terug in de raadsinformatiebrief.

II.    Sociaal domein – Participatie en re-integratie

Ontwikkeling arbeidsmarkt
We hebben nog steeds te maken met een krappe arbeidsmarkt in onze regio Foodvalley. Het aantal openstaande vacatures nam af en het aantal beschikbare werkzoekenden nam toe. Het vinden van passende kandidaten om vacante arbeidsplaatsen te vullen blijft moeilijk. De arbeidsmarkt is in beweging en onzeker. Vanwege bijvoorbeeld de vergrijzing blijft er de komende jaren sprake van krapte. We zien een toenemend aantal faillissementen, ook van grote winkelketens. Tegelijk zien we een toename van het aantal startende ondernemers maar ook een toename van ondernemers die stoppen. 
Het aantal inwoners met een WW-uitkering is afgelopen jaar gestegen van 425 naar 507. Het aantal 50-plussers met een WW-uitkering is afgelopen jaar gedaald. 

Toekomstbestendige en inclusieve arbeidsmarkt
De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) heeft in juli 2022 plannen gepresenteerd om de arbeidsmarkt toekomstbestendig te maken. Samen met werkenden, werkgevers en ondernemers werkt het kabinet langs 5 thema's aan een toekomstbestendige arbeidsmarkt, met inkomens- en roosterzekerheid voor werkenden en wendbaarheid voor werkgevers. Ook de hervorming van de arbeidsmarktinfrastructuur maakt hier onderdeel van uit. De verschillende deelonderwerpen zijn of worden verder uitgewerkt in afzonderlijke wetsvoorstellen. Besluitvorming is voorzien in 2024 met een uitloop naar 2025. 

Breed offensief/Individuele studietoeslag
Het breed offensief is een brede agenda om de arbeidsmarktkansen voor mensen met een arbeidsbeperking te vergroten. Doelen van de maatregelen uit het breed offensief zijn:
•    het makkelijker maken voor werkgevers om mensen met een arbeidsbeperking aan te nemen;
•    mensen met een arbeidsbeperking voor langere tijd aan het werk krijgen;
•    werk voor mensen met een arbeidsbeperking aantrekkelijker maken (bijvoorbeeld door meer inkomen);
•    zorgen dat werkgevers en werkzoekenden elkaar makkelijker vinden.

Op 1 juli 2023 is de wet Uitvoeren Breed Offensief in werking getreden. De wijzigingen uit de wet zijn verwerkt in de Integrale Verordening Sociaal Domein, waarbij de harmonisatie van werkgeversinstrumenten in de arbeidsmarktregio gehandhaafd is. De wijzigingen dragen bij aan de gemeentelijke ambitie van een doorlopende lijn van arbeidsparticipatie. Naast de wetswijziging zijn daarvoor ook inspanningen verricht om belemmeringen weg te nemen tussen verschillende vormen van participatie.
Een andere inspanning die daarvoor is gedaan,  is het vergroten van de inzet van het diagnosetraject DOOR voor inwoners op het snijvlak tussen dagbesteding en betaald werk. In 2023 is het aantal deelnemers verdubbeld van 5 naar 10. Ook zijn er meer zorgaanbieders gevonden die willen participeren (van 1 naar 4).
In 2023 is de landelijke subsidieregeling voor Individuele Plaatsing en Steun (IPS) gestart. Met deze regeling kunnen twee- of driejarige re-integratietrajecten worden geboden aan inwoners die in behandeling zijn binnen de GGZ. In 2023 zijn 6 trajecten toegekend voor inwoners van Veenendaal.
De wijziging van de studietoeslag per 1 april 2022 is één van de maatregelen die uit het Breed Offensief naar voren is gehaald. Het effect van de wijziging is een sterk verbeterd bereik en gebruik van deze regeling. In 2023 zijn 22 aanvragen toegekend. Een substantiële stijging ten opzichte van voor de wijziging: 12 toekenningen  in 2021. 

Beschut werk
Het instrument beschut werk maakt onderdeel uit van de participatiewet. Beschut werk is werk in een beschermde omgeving onder aangepaste omstandigheden en heeft altijd de vorm van een dienstbetrekking. Het UWV geeft hiervoor indicaties af en bepaalt of iemand in aanmerking komt voor beschut werk. De gemeente heeft vervolgens de opdracht om een geschikte plek te vinden. Waar deze dienstbetrekking wordt georganiseerd is een keuze van de gemeente. De gemeente streeft daarbij naar een inclusieve arbeidsmarkt. In Veenendaal krijgt dit voet aan de grond en inmiddels kennen we een aantal sociale werkbedrijven. Het merendeel van de kandidaten (22) gaat aan de slag bij IW4. De overige 13 kandidaten zijn geplaatst bij andere sociale werkbedrijven.

Gemeenten ontvangen middelen voor de begeleiding en werkaanpassingen voor doelgroep beschut werk uit het participatiebudget. Verschillende onderzoeken onderschrijven het belang van het verhogen van de begeleidingskosten voor beschut werk. Het onderzoek van Significant APE concludeert dat er per beschutte werkplek € 10.000,- tekort is.  De begeleidingsvergoeding was in 2023 € 8.600 per werkplek per jaar en wordt per 1 januari 2024 verhoogd naar € 10.757. Ondanks deze verhoging blijft het tekort bestaan.

Inburgering
De Wet inburgering is op 1 januari 2022 in werking getreden. Inburgeraars (asiel- en gezinsmigranten) doorlopen een individueel traject, waarbij ze de taal leren spreken en meer leren over de normen en waarden in Nederland. De inburgeraar heeft een inburgeringstermijn van maximaal 3 jaar. Na deze termijn dient de inburgeraar financieel, sociaal en economisch zelfredzaam te zijn. Vanaf eind 2022 is de uitvoering echt op gang gekomen. Door een tekort aan taaldocenten ontstonden er wachtlijsten. Inmiddels is het de taalscholen gelukt om voldoende docenten te werven en zijn de wachtlijsten teruggebracht naar acceptabele wachttijden.

Eind 2023 krijgen 200 inburgeraars begeleiding bij taal en inburgering. Ongeveer 20% hiervan wacht nog op een taaltraject. Circa 50% volgt de B1 route en de overige 30% volgt ofwel de Onderwijsroute dan wel de Zelfredzaamheidsroute (Z-route). Ook de overige onderdelen van het inburgeringstraject zijn van start gegaan: circa 80 inburgeraars hebben het Participatieverklaringstraject (PVT) afgerond en  ongeveer 20 inburgeraars de Module Arbeidsmarkt en Participatie (MAP). Als gevolg van de verhoogde instroom is de formatie tijdelijk uitgebreid, echter is de totale caseload hoger dan begroot. Dit houdt verband met de wachtlijsten bij de taalscholen, waardoor er stagnatie is ontstaan in de uitstroom van inburgeraars. In 2024 voeren we een evaluatie uit op basis van de ervaringen sinds de inwerkingtreding van de Wet inburgering.

III.    Sociaal domein – Wmo

Wmo-immaterieel
In 2023 heeft het Wmo-Loket de werkwijze met opdrachtgeverschap verder vorm gegeven. Dit heeft onder andere geresulteerd in het meer bereiken van doelen, een beperking van de kostenstijging en een beheersbare werkvoorraad. Bij deze werkwijze hoort ook dat er langere beschikkingen worden afgegeven en dat er tussentijds wordt geëvalueerd. Aan het eind van het jaar liep door personele omstandigheden de werkvoorraad weer op. Hierdoor kwam het tijdig doen van tussenevaluaties en daarmee het bijsturen op de ondersteuning onder druk te staan. 
In het voorjaar is besloten om met ingang van 1 januari 2025 de immateriële ondersteuning opnieuw in te kopen. Het inkooptraject is gestart en eind 2023 is het Wmo-Forum om advies gevraagd over het Startdocument. 

Schoonmaakondersteuning
In 2023 is het aantal inwoners dat schoonmaakondersteuning ontvangt opnieuw gestegen. Hierdoor zijn ook de kosten verder gestegen. Binnen de kaders van de wet zijn er vrijwel geen aanvullende mogelijkheden om deze kostenstijging te beperken. In 2026 gaat de nieuwe eigen bijdrageregeling in. Het is momenteel nog onduidelijk wat de impact hiervan op de vraag naar schoonmaakondersteuning zal zijn.

Materieel
In 2023 is het contract met de nieuwe hulpmiddelenleverancier ingegaan. De uitvoering van het contract loopt goed.

Contractmanagement
Met de gecontracteerde zorgaanbieders die de Wmo uitvoeren, zijn afgelopen jaar gesprekken gevoerd door de contractmanagers. Er is veel input opgehaald voor de nieuwe aanbesteding om tot een goed opdrachtgever- nemer relatie te komen. Het kwaliteitstoezicht, uitgevoerd door de GGDrU, levert veel informatie op voor de contractmanagers waardoor de kwaliteit van zorg wordt verbeterd. Ook de toezichthouder rechtmatigheid van de gemeente Veenendaal draagt hieraan bij.

Beschermd Wonen en Beschermd Thuis 
In 2023 is de regiovisie 'Beschermd Wonen en Beschermd Thuis in de Valleiregio 2024 t/m 2029' in regionaal verband opgesteld en naar alle raden in routing gebracht (in Veenendaal in de raadsvergadering van 25 januari 2024 vastgesteld). Deze regiovisie sluit op inhoud aan bij het eerder, op 4 april 2023, door het college vastgestelde lokale uitvoeringsplan 'Van Beschermd Wonen naar Beschermd Thuis 2023 - 2026'. Daarmee is zowel de regionale als de lokale beleidsrichting voor de komende jaren vastgesteld. Vanuit verschillende pijlers wordt gewerkt aan goede en passende zorg voor inwoners met een psychische kwetsbaarheid en het bevorderen van inclusie en deelname aan de samenleving.  Naast het clientperspectief is oog en aandacht voor de randvoorwaarden en de ondersteuning aan buurt en omgeving. Vanaf 2025 sluit Veenendaal aan bij de regionale inkoop van Beschermd Wonen en Beschermd Thuis. In 2023 zijn de voorbereidingen gestart om tot een regionale inkoop te komen.

Valleihopper
Begin 2023 is bestuurlijk gesproken over het nemen van beheersmaatregelen om regionaal het aantal reizigers beheersbaar te houden. Doordat de reizigersaantallen na corona lager zijn gebleven dan voor corona zijn deze maatregelen on hold gezet. Wel is besloten om het vervoer en het callcenter per 1 januari 2025 opnieuw in te kopen, onder andere omdat één van de taxivervoerders het contract niet meer wilde verlengen. Er is een regionale aanbesteding gestart en de raad is eind 2023 geïnformeerd over de concept-Nota van Uitgangspunten. 

Gezondheidsbeleid
In 2023 is het gezondheidsbeleid en de aanpak van gezondheidsverschillen herzien en onderdeel geworden van het Integraal Beleidskader (IBK) sociaal domein.  Op deze wijze borgen we een integrale aanpak van preventie, gezondheid en gezondheidsverschillen. In 2023 waren twee grote externe ontwikkelingen van invloed op het beleid van de gemeente. Met het Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA) en bijbehorende budgetten (SPUK-uitkering) is lokaal ingezet op doelen gericht op sport, gezondheid en de sociale basis. Deze zijn tevens onderdeel van het IBK. Daarnaast speelde het Integraal Zorgakkoord een grote rol in 2023. Er is regionaal een regiobeeld en regioplan ontwikkeld welke in 2024 nadere uitwerking krijgt. Beide akkoorden beogen een beweging naar de voorkant, meer inzet op preventie, vroegsignalering, laagdrempelig aanbod en een stevige sociale basis.

IV.    Sociaal domein -Jeugd

Autonome ontwikkelingen jeugdhulp
Er waren een aantal autonome ontwikkelingen in 2023. Zo blijven de kosten van de jeugdhulp stijgen. Zowel op duur als intensiteit van de zorg zien we groei. Dit is voornamelijk op het groepsaanbod en de jeugdggz. De zorg stagneert ook, omdat jongeren die nu in jeugdhulp met verblijf zitten niet naar lichtere of eigen woonvoorzieningen kunnen doorstromen. 
De stijging van de zorgkosten zitten niet alleen in het gebruik van jeugdzorg, maar ook in de jaarlijkse indexaties van tarieven. Dat is een opdracht vanuit het Rijk waar we geen invloed op hebben. 

Hervormingsagenda jeugd 
In 2023 zijn de inhoudelijke contouren van de Hervormingsagenda jeugd duidelijk geworden. Gemeenten worden geacht in te gaan zetten op: jeugdhulp voor de meest kwetsbare jeugdigen en gezinnen, dat jeugdhulp verbonden wordt aan aanpalende domeinen, dat we toewerken naar stevige lokale teams en toegang, dat jeugdigen zo thuis of nabij mogelijk wonen, kwaliteitsverbetering van jeugdhulp, verbeteren en vereenvoudiging van de organisatie en inkoop van jeugdzorg en ontwikkeling monitoring. 

Kansrijke Start
In 2023 heeft de coalitie Kansrijke Start gewerkt aan het ontwikkelen van nieuwe zorgpaden, zijn multidisciplinaire overleggen uitgevoerd en zijn stakeholders betrokken middels een brede bijeenkomst Kansrijke Start. In het kader van Kansrijke Start voerden we in 2023 meerdere erkende interventies uit. Zo is bijvoorbeeld een start gemaakt met de implementatie van de erkende interventie 'Nu niet zwanger'.  Hiermee is een basis gelegd om in 2024 verder toe te werken naar 'Nu niet zwanger' als regionale basisvoorziening in de regio Utrecht. Deze interventie biedt de vroegste vorm van preventie door met mannen en vrouwen in een kwetsbare positie het gesprek aan te gaan over (het voorkomen van ongewenste en ongeplande) zwangerschap, kinderwens en anticonceptie. 

 

Thema V - Onderwijs en ontwikkeling

Lokale Educatieve Agenda (LEA)/lokaal onderwijsbeleid 
De Lokale Educatieve Agenda (hierna LEA) is een wettelijke overlegvorm om het lokaal onderwijsbeleid vorm en inhoud te geven. Een agendacommissie LEA, met daarin vertegenwoordigers namens het primair onderwijs, het voortgezet onderwijs en het Platform Kinderopvangorganisaties bereidt het LEA voor.  In april 2023 en september 2023 zijn in de twee LEA vergaderingen de wettelijke onderdelen besproken zoals het Onderwijskansenbeleid en het Huisvestingsprogramma. Ook zijn de in de beleidsagenda opgenomen thema's zoals het tekort aan medewerkers, Wetenschap en techniek en Doorlopende Leerlijn besproken. Tevens is er een evaluatie van het LEA uitgevoerd. De uitkomsten van deze evaluatie, zoals het nog meer bespreken van de wettelijke thema's,  is besproken op het LEA van september 2023. Op basis van een plan van aanpak is eind 2023 een projectgroep geformeerd vanuit de verschillende disciplines van het LEA om na te denken over thema's voor de nieuwe beleidsperiode LEA 2025 -2028. Er is op verzoek van de LEA-deelnemers een extra vergadering geweest met het thema Veiligheid. Dit thema is ook in de LEA-nieuwsbrieven belicht. 

Nationaal Programma Onderwijs (NPO)
In 2023 hebben we de implementatie in samenwerking met onder andere scholen, kinderopvang, (jeugdgezondheids(zorg), bibliotheek en welzijn voortgezet. Aan verschillende projecten en activiteiten is vanuit de NPO-gelden een bijdrage geleverd, zoals het traject Met Andere Ogen. Aan dit traject nemen nu drie scholen deel, namelijk de Joh. Calvijnschool, Aan de basis en De Vlieger. Samen met ketenpartners VeensWelzijn, CJG en GGD is in een lerende praktijk invulling gegeven aan interprofessioneel samenwerken. Op 9 november is een bijeenkomst geweest met professionals over het interprofessioneel samenwerken. Vanuit de NPO-gelden is een bijdrage geleverd aan Scoren in de Wijk en aan de Sportzomerweek, waardoor extra activiteiten konden worden uitgevoerd. In 2023 is een start gemaakt met het organiseren van inloopateliers om kunst en cultuur dichter bij jongeren te brengen. Daarbij zijn de middelbare scholen in Veenendaal betrokken. Het Fablab heeft een bijdrage ontvangen om extra aanbod te creëren. De  ambulant Jongerenwerkers die in 2022 zijn gestart, zijn regelmatig op de scholen te vinden in de pauzes en na schooltijd.  Eind 2023 heeft Veens Welzijn een Jongerenbus aangeschaft. Tevens is  aan Veens Welzijn de opdracht verstrekt voor de uitvoering van het project Restart. Dit project, uitgevoerd door Youth for Christ,  is bedoeld voor jongeren van 12-23 jaar. Op 3 middagen kunnen jongeren terecht bij Restart voor een afwisselend programma. Er is aandacht voor huiswerk maken en er zijn groepsactiviteiten. Er wordt ingezet op mentale gezondheid en sociale vaardigheden om jongeren ondersteuning te geven in hun ontwikkeling. Ook is vanuit de NPO-gelden een bijdrage geleverd aan het project Get Up & Enjoy. Het doel hiervan is om een actieve ontmoetingsplek te blijven creëren met coaching en competentiegerichte begeleiding voor jongeren tussen de 16 en 27 jaar. De GGD kan scholen ondersteunen bij de gezonde school aanpak. Ter versterking van de samenwerking tussen CJG en het gespecialiseerd onderwijs heeft een jeugdhulppartner de training de-escalerend handelen verzorgd. 

Verbinding Onderwijs en jeugdhulp/passend onderwijs
In 2023 hebben we gewerkt aan de verbetering van de samenwerking tussen (passend)onderwijs en jeugdhulp. We voeren onder andere in regionaal verband Op Overeenstemming Gericht Overleg (OOGO), dat in 2023 driemaal plaatsgevond. De onderwerpen die we daar als gemeente met de samenwerkingsverbanden bespraken zijn onder andere de pilot Opstapklas (een onderwijszorgarrangement voor kinderen met een autistisch spectrum), overeenstemming over het ondersteuningsplan van het samenwerkingsverband Berseba, leerlingenvervoer en meer inzetten op zelfstandig reizen en de toename in het aantal thuiszitters in de regio. Daarnaast zijn de begroting en de jaarstukken van het OOGO vastgesteld. Vanuit Veenendaal leveren we een inhoudelijke bijdrage aan de werkgroepen Doorontwikkeling Model Passende Samenwerking en Onderwijszorgarrangementen. In 2023 hebben we vanuit Veenendaal kritische kanttekeningen geplaatst bij de Regionale Focusagenda Onderwijs - Jeugd Foodvalley en de governance structuur en de onderlinge samenwerking. De structuur blijkt niet altijd helpend in de samenwerking; daarom hebben de bestuurders besloten om de Focusagenda en het OOGO te evalueren begin 2024. Medio april 2024 moet duidelijk worden wat de conclusies zijn uit de bestuurlijke evaluatie. 

Integrale Kindcentra (IKC)
Een Integraal Kindcentrum in Veenendaal is een voorziening van organisaties als onderwijs, kinderdagverblijf en buitenschoolse opvang.  Het is de ambitie van de gemeente, de schoolbesturen en de kinderopvangorganisaties om zoveel mogelijk Veenendaalse kinderen thuisnabij onderwijs te bieden in voorzieningen, waarin een doorlopende leerlijn voor kinderen van 0 jaar tot einde basisschoolleeftijd een plek heeft. De gemeente Veenendaal neemt bij de ontwikkeling van de IKC-visie nadrukkelijk een faciliterende rol in en laat de specifieke invulling, binnen de kaders van het IKC-Beleid, over aan de schoolbesturen. Door de gemeenteraad is op 23 maart 2023 besloten dat de extra benodigde locatie voor de overloop van Veenendaal Oost en Dragonder Oost op een nieuwe locatie in Dragonder Zuid komt. Eveneens is besloten dat het CPOV van deze locatie in Dragonder Zuid gebruik gaat maken. Het CPOV heeft in 2023 nagedacht op welke wijze de locatie ingezet kan worden, zodat deze een bijdrage kan leveren aan de buurt. De ontwikkeling van de locatie Dragonder Zuid is als eerste opgepakt in 2023. De scholen die betrokken zijn bij de drie IKC's, (IKC Dragonder Zuid, IKC SO/SBO/PO en het IKC Dragonder Noord) zijn in 2023 zelf aan de slag gegaan met een inhoudelijke samenwerking en visievorming. 

Onderwijskansenbeleid/Voor- en vroegschoolse educatie (VVE)
In 2023 is aan kinderen die opgroeien in een ongunstige economische, sociale of culturele omgeving ondersteuning geboden, waardoor hun onderwijskansen zijn vergroot.  Veens Welzijn heeft het afgelopen jaar uitvoering gegeven aan de VVE ouderprogramma's als onderdeel van de voor- en vroegschoolse educatie. 
In 2023 is er een kwantitatief voldoende en kwalitatief goed aanbod van peuteropvang met en zonder voorschoolse educatie aanwezig geweest. De aanbieders van peuteropvang hebben conform de subsidieregeling de middelen ontvangen om de benodigde kindplaatsen te realiseren. Ook in 2023 hebben we overleg gevoerd met de aanbieders. Gezamenlijk is een kwaliteitskaart ontwikkeld die in 2023 nog gebruikt kon worden.  Onderwerpen in dit kader zijn bijvoorbeeld professionaliseringsactiviteiten, signalering en toeleiding en ouderbetrokkenheid. In Veenendaal zijn een aantal zogenaamde VVE-scholen. Op deze scholen bieden VVE-specialisten extra ondersteuning aan de kinderen en ze versterken de doorlopende ontwikkellijn met de voorscholen. Deze specialisten hebben tevens een trekkersrol en stimuleren kennisdeling tussen de VVE-scholen.

In 2023 is toezicht gehouden op de kinderopvang, zoals de wet dat voorschrijft. De GGD heeft verschillende onderzoeken uitgevoerd. De rapportage die voortkomt uit het bezoek van de GGD wordt altijd gedeeld en besproken met de betreffende kinderopvang die dan de eventuele tekortkomingen kan herstellen. 

Leerlingenvervoer
De Verordening bekostiging leerlingenvervoer Veenendaal is op 14 december vastgesteld door de raad. Het leerlingenvervoer, en het zelfstandig reizen, is onderwerp van gesprek met de Samenwerkingsverbanden passend onderwijs. In 2023 is gestart met een pilot Opstapplaats bij het zwembad. Zowel ouders en kinderen als de vervoerder zijn tevreden over de centrale opstapplaats. Hiermee werken we aan de zelfstandigheid van kinderen.

Thema VI – Sport

2023 heeft in het teken gestaan van het schrijven van het Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA). Sport en bewegen is een groot onderdeel van dit GALA, met name op de herijking van het Sportakkoord en de wijzigingen rondom de Brede Regeling Combinatiefuncties. 

Sportakkoord 2
In juni is het Sportakkoord 2, samen met Stichting Sportservice Veenendaal (SSV) opgesteld. Het Sportakkoord is een landelijk initiatief dat in 2018 is gestart om de samenwerking tussen sportaanbieders, gemeenten en andere partners te verbeteren en de sportparticipatie te bevorderen. Ook de gemeente Veenendaal heeft zich in 2020 aangesloten bij het Sportakkoord en heeft zich, samen met onze partners, ingezet om de ambities uit het akkoord te vertalen naar lokale doelstellingen. We bouwen met het Sportakkoord 2 voort op de succesvolle samenwerking van het Sportakkoord 1 en versterken op een aantal onderdelen de maatschappelijke waarde van sport en bewegen in Veenendaal. Samen met lokale partners hebben we gekeken naar wat er goed gaat en wat er beter kan. Op basis van deze input hebben we de lokale doelstellingen aangescherpt, speerpunten afgevinkt en nieuwe speerpunten toegevoegd. Een belangrijk wijziging vanuit het landelijke Sportakkoord is het inzetten op een verstevigd fundament, een groter bereik en het goed kunnen volgen van de toegevoegde waarde aan het hernieuwde Sportakkoord. In ons nieuwe Sportakkoord hebben we hier veel aandacht voor om echt het verschil te kunnen maken.

Wijzigingen Brede Regeling Combinatiefuncties (BRC)
Met de wijzigingen vanuit het GALA zijn er ook wijzigingen voor de BRC. Dit betreft het op details anders organiseren en uitvoeren van de combinatiefuncties. En er is met de wijzigingen meer budget gekomen voor lokale inzet. Met deze uitbreiding is ingezet op het verstevigen van clubondersteuning en het uitbreiden van het aanbod Leefstijlcoaching. Sportservice is op basis van de verenigingsmonitor in gesprek met alle sportaanbieders om ze te ondersteunen op maat. Er zijn in 2023 meerdere ondersteuningstrajecten uitgevoerd. Die richten zich op het verbeteren van het beleidsplan van de vereniging tot het stimuleren van sportverenigingen om meer samen te werken. Door de verbreding van het aanbod voor leefstijlcoaching kunnen meer inwoners in Veenendaal worden ondersteund bij het verbeteren van hun leefstijl. Denk daarbij aan ondersteunen en toewerken naar passend sportaanbod en het aanpassen van voeding.

Doordat de wijzigingen vanuit GALA en de BRC pas in het laatste kwartaal van 2023 konden worden doorgevoerd, heeft voornamelijk de voorbereiding voor deze wijzigingen plaatsgevonden in 2023. Vanaf 2024 wordt de formatie ook daadwerkelijk uitgebreid. De clubondersteuning heeft in 2023 wel plaatsgevonden vanuit een pilot van het sportakkoord.

Aanpassingen toegangssystemen Sportaccommodaties
De toegangssystemen van de binnensportlocaties worden aangestuurd middels een IT Module. Eind 2022 heeft de toenmalige leverancier hiervan aangegeven dat zij per 1 januari 2024 stopt met het ondersteunen van deze IT Module. Het gevolg hiervan was dat de toegangssystemen van de binnensportaccommodaties niet meer konden functioneren zonder aanpassingen.  In de zomer van 2023 heeft Sportservice de toegangspoorten en bijbehoren omgebouwd. De totale kosten hiervoor bedroegen ca. €300.000. Door het plotseling stoppen van de oude leverancier waren deze kosten niet begroot.  Op basis van de geldende demarcatieafspraken tussen de gemeente en Sportservice is voor het ombouwen van de systemen een bedrag van €170.000,- beschikbaar gesteld. 

Nieuw beleidskader Sport en Bewegen
De termijn van het beleidskader Sport is verlopen. Daarom wordt in 2024 een nieuw beleidskader voorgelegd aan de Raad. In 2023 hebben de voorbereidingen hiervoor plaatsgevonden. Hiervoor zijn onze partners en sportverenigingen gevraag om input te leveren, onder meer via een bijeenkomst voor Sportaanbieders in het kader van het nieuwe Sportakkoord, via de Sportverenigingsmonitor van Sportservice Veenendaal en via een digitale enquête aan alle sportaanbieders in Veenendaal.

Ook hebben diverse onderzoeken plaatsgevonden in 2023

  • KISS rapportage (geeft inzicht in het aantal sport-lidmaatschappen in Veenendaal)
  • Sportverenigingsmonitor Sportservice Veenendaal 2023 (geeft inzicht in de vitaliteit van sportaanbieders)
  • Burgerpanel (geeft inzicht in de wensen en behoeften van onze inwoners ten aanzien van nieuw sportbeleid)

De raad heeft in november via een consulatie memo aangeven zich unaniem te kunnen vinden in de volgende uitgangspunten:

1. Meer focussen op de groepen waarvan we weten dat zij minder vaak voldoen aan de beweegnorm. Deze wijziging houdt onder andere voor de uitvoering in dat we iets anders kijken naar de aangeboden activiteiten en deze meer doelgroep- en wijkgericht aanbieden.

2. Proactief verbinden van ambities en doelstellingen vanuit het sociaal domein (zie IBK) en de fysieke leefomgeving. Dit houdt onder andere in dat we sportaanbieders meer bewust willen maken van hun toenemende rol in het maatschappelijk veld en hun daarbij gaan helpen. 

3. De duurzaamheidsuitdaging voor ons eigen sportvastgoed én voor de sportaccommodaties die in eigendom zijn van de verenigingen meenemen in het sportbeleid. Daarbij brengen we per accommodatie in kaart welke verduurzamingsmaatregelen er getroffen kunnen worden (routekaart duurzaamheid) en hoe we hiervoor dekking vinden als het gaat om ons eigen vastgoed. Ook brengen we in kaart voor de komende tien jaar welke vervangingsmomenten van ons sportareaal we zien en willen aangrijpen voor het behalen van onze ambities.

Deze uitgangspunten vormen de basis voor het nieuwe sportbeleidskader.

Onderzoek naar Ruimte voor de Sport in Veenendaal
In 2023 is opdracht verstrekt aan het Mulier Instituut om in kaart te brengen in hoeverre er voldoende ruimte is voor sport in Veenendaal. Specifiek is daarbij gekeken naar de beschikbaarheid van binnensportaccommodaties voor het bewegingsonderwijs en de binnensporten. Ook is onderzocht in  hoeverre het buitensportareaal voldoende ruimte biedt voor onze inwoners, nu en in de toekomst.

Algemeen kan geconcludeerd worden dat het sportareaal in Veenendaal voldoende ruimte biedt voor de sportbehoefte. Wel is er op enkele plekken een tekort een voldoende ruimte voor het bewegingsonderwijs en is er sprake bij een aantal verenigingen van te weinig bespeelbare velden/banen.

De conclusies en aanbevelingen worden meegenomen in het nieuwe sportbeleid.

Thema VII – Cultuur
In 2023 zijn voor inwoners van Veenendaal volop kunstzinnige en culturele activiteiten georganiseerd. Culturele activiteiten creëren op een laagdrempelige manier door ontmoeting en verbinding. Voor miljoenen mensen is het vanzelfsprekend om actief deel te nemen aan kunst- en cultuuractiviteiten; voor een even grote groep is dit niet vanzelfsprekend omdat zij drempels ervaren. Minima kunnen kampen met een financiële drempel, laaggeletterden met informatieve en digitale drempels, inwoners met een beperking ervaren vaak fysieke drempels en inwoners met een niet-westerse achtergrond vinden niet vanzelfsprekend aansluiting bij de (overwegend) westerse cultuur. Cultuur is, met de kunstuitingen daarbinnen, een krachtig instrument om in te zetten voor de samenleving. Kunst en cultuur dragen bij aan zingeving, zelfvertrouwen, individuele ontplooiing en ontwikkeling, saamhorigheidsgevoel, betrokkenheid bij de samenleving, meer begrip voor elkaars waarden, normen en (culturele) achtergronden en positieve geestelijke en fysieke gezondheid van de inwoners. In 2023 hebben we hier volop op ingezet via de diverse verhaallijnen uit de cultuurvisie. 

Thema VIII – Welzijn

Versterken sociale basis
Het versterken van de sociale basis in Veenendaal heeft in 2023 op diverse onderdelen extra aandacht gehad. De methode Welzijn op recept is verder uitgebreid in Veenendaal. Mede met de middelen vanuit het Nationaal Programma Onderwijs (NPO) is nadrukkelijker ingezet op de verbinding jeugd-onderwijs-welzijn. In het Integraal beleidskader sociaal domein is de sociale basis een belangrijk beleidsuitgangspunt gebleven. De uitvoeringsorganisatie Veens Welzijn heeft met een koersplan voor de komende jaren duidelijk gemaakt wat haar leidende principes voor (toekomstige) taken zijn.  De leefbaarheid en ontmoetingen in de wijken en buurten en het bieden van ondersteuning aan vrijwilligersorganisaties en mantelzorgers zijn en blijven kerntaken. In 2023 is gestart met de ontwikkelingen van nieuwe IKC's waar ook het welzijnswerk onderdeel van uitmaakt. 

Vrijwilligers
In 2023 is gestart met het maatschappelijk netwerk Veenendaal. Dit is een netwerk van zowel vrijwilligersorganisaties als maatschappelijke organisaties. Vrijwilligersorganisaties komen samen in de Kenniskring en in het vrijwilligersplatform. Daar is ook de aanpassing van de subsidieregeling meerdere keren besproken en hebben de betrokken organisaties input op gegeven. Op verzoek van de vrijwilligersorganisaties is gesproken over ondersteuning om fondsaanvragen in te kunnen dienen. Voor 2024 zijn hier afspraken met Veens Welzijn over gemaakt. 

Veens Welzijn heeft in 2023 het keurmerk Goed Geregeld behaald. Een bevestiging van goed beleid en management voor vrijwilligers werkzaam in de organisatie. 

Jongerenwerk
Jongerenwerk past bij preventief jeugdbeleid. In 2023 is meer jongerenwerk ingezet en is ook een kinderwerker gestart. In 2024 wordt deze extra inzet geëvalueerd om te bekijken of deze extra inzet structureel wenselijk is.  

Thema I: Inkomen

Wat willen we bereiken? (doelstellingen)

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken? (doelstellingen)

Wat willen we bereiken? (doelstellingen)

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken? (doelstellingen)

I.a We willen meer sturen op kwaliteit en effectiviteit van aangeboden ondersteuning (MD10).

Terug naar navigatie - I.a We willen meer sturen op kwaliteit en effectiviteit van aangeboden ondersteuning (MD10).

Thema II: Sociaal domein - Participatie en re-integratie

Wat willen we bereiken? (doelstellingen)

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken? (doelstellingen)

Wat willen we bereiken? (doelstellingen)

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken? (doelstellingen)

Thema III: Sociaal domein - WMO

Wat willen we bereiken? (doelstellingen)

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken? (doelstellingen)

Wat willen we bereiken? (doelstellingen)

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken? (doelstellingen)

III.g Vroeger signaleren en handelen en dit dichtbij de inwoner organiseren (MD04) .

Terug naar navigatie - III.g Vroeger signaleren en handelen en dit dichtbij de inwoner organiseren (MD04) .

III.h. We continueren de zorg voor personen met verward gedrag en de taken van de WvGGZ.

Terug naar navigatie - III.h. We continueren de zorg voor personen met verward gedrag en de taken van de WvGGZ.

III.i. Er zijn innovatieve ondersteuningsmogelijkheden samen met de uitvoerende partijen (MD9, IBK BE25).

Terug naar navigatie - III.i. Er zijn innovatieve ondersteuningsmogelijkheden samen met de uitvoerende partijen (MD9, IBK BE25).

III.j. Ten opzichte van 2019 is er een daling van ongeveer 10% van het aantal maatwerkvoorzieningen (MD9, IBK BE24).

Terug naar navigatie - III.j. Ten opzichte van 2019 is er een daling van ongeveer 10% van het aantal maatwerkvoorzieningen (MD9, IBK BE24).

Thema IV: Sociaal domein - Jeugd

Wat willen we bereiken? (doelstellingen)

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken? (doelstellingen)

Wat willen we bereiken? (doelstellingen)

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken? (doelstellingen)

IV.d We willen meer sturen op kwaliteit en effectiviteit van aangeboden ondersteuning (MD10).

Terug naar navigatie - IV.d We willen meer sturen op kwaliteit en effectiviteit van aangeboden ondersteuning (MD10).

Thema V: Onderwijs en ontwikkeling

Wat willen we bereiken? (doelstellingen)

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken? (doelstellingen)

Wat willen we bereiken? (doelstellingen)

Terug naar navigatie - Wat willen we bereiken? (doelstellingen)

Verbonden partijen

Terug naar navigatie - Verbonden partijen

De volgende verbonden partijen leveren een bijdrage aan het realiseren van de doelen uit dit programma:

  • BVO Valleihopper;
  • Centrum Jeugd en Gezin Veenendaal (CJG);
  • Stichting Veens Welzijn;
  • Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Regio Utrecht (GGDrU).

Zie voor meer informatie paragraaf E Verbonden partijen.

Financiële programmarealisatie 2023 (bedragen x € 1.000)

Terug naar navigatie - Financiële programmarealisatie 2023 (bedragen x € 1.000)
Programma 3 Sociale leefomgeving
Primitief Raming 2023 Na begrotingswijziging Realisatie 2023 Saldo 2023
Lasten 111.162 129.320 131.607 -2.287
Baten 31.433 39.385 43.714 4.329
Gerealiseerd totaal saldo van baten en lasten -79.728 -89.934 -87.893 2.041
Toevoeging aan reserve 6 2.468 2.526 -58
Onttrekking aan reserve 426 3.117 3.117 0
Gerealiseerd resultaat -79.308 -89.286 -87.302 1.983

Toelichting op de financiële programmarealisatie (bedragen x € 1.000)

Terug naar navigatie - Toelichting op de financiële programmarealisatie (bedragen x € 1.000)

Ten opzichte van de in de 3e bestuursrapportage 2023 aangepaste begroting, zijn de grootste afwijkingen:

Taakveld Afwijking 2023 V/N
Arbeidsparticipatie 193 V
Cultuurpresentatie, cultuurproductie en cultuurparticipatie 176 N
Geëscaleerde zorg 18+ 89 N
Inkomensregelingen 377 N
Maatwerk-voorzieningen (WMO) 855 V
Musea 54 V
Onderwijsbeleid en leerlingenzaken 109 V
Onderwijshuisvesting 62 V
Samenkracht en burgerparticipatie 1.008 V
Sportbeleid en activering 83 V
Volksgezondheid 120 V
Hulp bij het huishouden (WMO) 541 N
Toegang en eerstelijnsvoorzieningen 1.782 V
Begeleiding (WMO) 276 V
Dagbesteding (WMO) 208 V
Maatschappelijke- en vrouwenopvang 200 V
Jeugdhulp begeleiding 294 N
Jeugdhulp behandeling 487 V
Jeugdhulp dagbesteding 5 V
Jeugdhulp zonder verblijf overig 1.035 N
Pleegzorg 663 V
Gezinsgericht 316 N
Jeugdhulp met verblijf overig 2.617 N
Behandeling GGZ zonder verblijf 718 V
Crisis/LTA/GGZ-verblijf 582 N
Gesloten plaatsing 174 N
Jeugdreclassering 595 V
Beschermd wonen 832 V
Overige verschillen 6 N
Totaal afwijkingen programma 3 2.041


 Arbeidsparticipatie: voordeel € 193.000
Het voordelige saldo op het taakveld Arbeidsparticipatie bedraagt € 193.000. Bij het onderdeel Inburgering is bij het opstellen van de 3e bestuursrapportage 2023  rekening gehouden met een aantal extra uitgaven. Deze extra uitgaven hebben zich niet in de volle breedte voorgedaan.  Daarnaast kon een aantal uitgaven van re-integratie alsnog ten laste van de specifieke uitkering Inburgering worden gebracht. Per saldo leidt dit tot een voordelige afwijking van € 193.000.

Cultuurpresentatie, cultuurproductie en cultuurparticipatie: nadeel € 176.000
Op dit taakveld is een  nadelig resultaat gerealiseerd van € 176.000. Dit nadelige resultaat is hoofdzakelijk het gevolg van de leegstand in het Spectrum na het vertrek van de Volksuniversiteit. De gederfde huurinkomsten in 2023 bedragen € 186.000. Het overige (voordelige) verschil  van € 10.000  heeft betrekking op een geringe onderuitputting bij onder andere de onderdelen 'vastgoed  sociaal cultureel werk' en 'amateurkunstbeoefening'.

Geëscaleerde zorg: nadeel € 89.000
Het nadelige saldo van het taakveld  Geëscaleerde zorg bedraagt €  89.000. Dit wordt veroorzaakt door:
1.    Beschermd Thuis PGB: nadeel € 296.000
De kosten voor Beschermd Thuis worden gedekt vanuit het centrumgemeente budget voor beschermd wonen. De financiële dekking voor deze kosten zijn momenteel nog ondergebracht binnen taakveld 6.81A Beschermd wonen (WMO). Binnen dit budget zijn er voldoende middelen aanwezig om de uitgaven Beschermd Thuis op te kunnen vangen.  De stijging van uitgaven op het budget van Pgb Beschermd Thuis ten opzichte van 2022 heeft te maken met een administratieve verschuiving. Inwoners bij de wooninitiatieven hebben nu een juiste beschikking Beschermd Thuis ontvangen, in plaats van een ambulante beschikking Pgb.  

2.     Advies en Meldpunt Verward: voordeel € 184.000 
In 2023 zijn de aanwezige gemeentelijke middelen binnen dit budget grotendeels uitgeruild met de incidenteel ontvangen IZA uitkering. Er wordt voorgesteld om de hiermee vrijgespeelde gemeentelijke middelen binnen het taakveld geëscaleerde zorg over te hevelen naar 2024 via de resultaatbestemming voor de uitvoering van de activiteiten voor 2024 en volgende jaren.
3.    Overige posten /Innovatiemiddelen Opvang en beschermd wonen: voordeel € 23.000

Op de overige onderdelen binnen dit taakveld zijn afwijkingen zichtbaar voor een totaalbedrag van € 23.000.

Inkomensregelingen: nadeel € 377.000
Het nadelige saldo op het taakveld Inkomensregelingen bedraagt € 377.000. Hiervan is afgerond € 98.000 het gevolg van financiële afwijkingen in het kader van de BUIG (bijstand). De bijstandsverstrekking is een openeinderegeling en ook de terugvorderingen en afboekingen van debiteuren vertonen in 2023 een onregelmatig patroon. Deze elementen hebben uiteindelijk geleid tot het nadelige effect van € 98.000. 
De overige afwijking van afgerond € 279.000 heeft te maken met de uitvoering van de minimaregelingen c.q. het armoedebeleid in 2023. Ook dit zijn openeinderegelingen en het bereik en het aantal verstrekkingen is de laatste maanden van 2023 nog meer toegenomen dan dat bij de 3e bestuursrapportage 2023 was ingeschat. 

Maatwerkvoorzieningen: voordeel € 855.000
Het voordelige saldo van het taakveld  Maatwerkvoorzieningen bedraagt € 855.000. Dit wordt veroorzaakt door:

1. Maatwerkvoorzieningen materieel WMO: voordeel € 388.000
Vanwege de verkoopopbrengst van materieel vanuit het depot door Meyra en Medipoint zijn de baten incidenteel € 73.000 hoger dan begroot.

Rolstoel en vervoersvoorzieningen
Het aantal cliënten met een rolstoelvoorziening is in 2023 lager dan in 2022, waardoor er in 2023 minder kosten zijn gemaakt. In totaal resulteert dit  samen met de overige vervoersvoorzieningen in een onderbenutting van € 117.000.

Woonvoorzieningen
In 2023 is er voor € 137.000 aan GALA middelen uitgeruild tegen gemeentelijke middelen vanuit het budget woonvoorzieningen. Daarnaast zijn er minder woonvoorzieningen verstrekt dan in 2022. Een mogelijke oorzaak hiervoor is dat Wmo consulenten kritischer zijn gaan kijken naar (primaat van) verhuizing en dat VVE’s vaker aangesproken worden op hun eigen verantwoordelijkheid bij aanpassingen aan galerijen en deuropeners. Dit heeft geleid tot een overschot van € 198.000 op de woonvoorzieningen.

2. Groei en indexering: voordeel € 450.000
De verwachting was dat er in 2023 een groei zou zijn in het verstrekken van voorzieningen. Een bedrag van € 450.000 is hiervoor niet besteed omdat de groei minder sterk was dan verwacht. Voor 2024 e.v. gaan de prijzen stijgen als gevolg van indexeringen. Dit overschot zal hierdoor niet structureel zijn.

3. Collectief vervoer: voordeel € 25.000
In 2023 is er uitspraak gedaan in een lopende rechtszaak tussen de Provincie en regiovervoerder Willemsen de Koning. Dit is voornamelijk het gevolg van het stoppen van het uitvoeren van de werkzaamheden voor de Regiotaxi Gelderland in 2015 door het achterblijven van de gerealiseerde vervoersvolumes. Veenendaal heeft als gevolg van deze uitspraak in 2023 een eenmalige schade-uitkering ontvangen van € 14.000.

4. Overige posten: nadeel € 8.000
Op de overige onderdelen binnen dit taakveld zijn geringe negatieve afwijkingen zichtbaar voor een totaalbedrag van € 8.000.

Musea: voordeel € 54.000
Het voordelige resultaat op dit taakveld bedraagt € 54.000. Het budget Historisch archief is met ingang van 2023 structureel verhoogd met een bedrag van € 45.000 om uitvoering te kunnen geven aan de voornemens zoals beschreven in de Cultuurnota ' Het verhaal van Veenendaal'. In 2023 lag de focus echter op de restauratie van het Veenraadschapsarchief en de reguliere activiteiten conform de archiefwetgeving waardoor deze voornemens in 2023 nog niet gerealiseerd konden worden. Het totale incidentele voordeel bedraagt derhalve € 45.000. Daarnaast zijn geringe incidentele voordelen zichtbaar van in totaal € 9.000.

Onderwijsbeleid en leerlingenzaken: voordeel € 109.000
Het voordelige saldo van het taakveld  Onderwijsbeleid en leerlingenzaken bedraagt € 109.000. Het saldo wordt voornamelijk veroorzaakt door de lagere kosten van het leerlingenvervoer voor een bedrag van € 61.000.  In 2023 zouden oorspronkelijk twee producten (“De Reiskoffer” en Snelbinders”) ingekocht worden waarmee leerlingen zelfstandig kunnen leren reizen. Het product Snelbinder is echter voor onbepaalde tijd on-hold gezet in verband met onduidelijkheid rondom de aanbestedingsregels en de verhouding 'kosten versus efficiëntie' van het product. Het andere product De Reiskoffer, heeft forse vertraging opgelopen omdat het Data Protection Impact Assessment - onderzoek (DPIA) pas op 15 februari 2024 is gestart. Voor nu ligt de focus bij De Reiskoffer en is de intentie om de aankoopprocedure direct voort te zetten bij een positieve uitkomst van het DPIA-onderzoek.   Daarnaast kwam er € 3.000 meer dan verwacht  aan ouderbijdragen binnen  voor leerlingenvervoer.

De overige afwijkingen op dit taakveld (in totaal een voordeel van € 45.000) hebben  betrekking op  een geringe onderuitputting  van onder andere het budget voor het algemeen onderwijsbeleid en  het budget voor de regionale administratie van de leerplicht. 

Onderwijshuisvesting: voordeel € 62.000
Op het taakveld Onderwijshuisvesting is een  voordelig resultaat gerealiseerd van € 62.000. Dit resultaat is  voor een  bedrag van € 85.000. het gevolg van een hogere bijdrage  van de onderwijsinstellingen voor onder meer de materiële instandhouding.  Op de overige posten is  een nadelig saldo zichtbaar van € 23.000. 

Samenkracht en burgerparticipatie: voordeel € 1.008.000
Het voordelige saldo van het taakveld  Samenkracht en burgerparticipatie bedraagt €  1.008.000. Dit wordt veroorzaakt door:
1.    Fonds Maatschappelijke Initiatieven (voordeel € 42.000)
Net als in 2022 zijn er ook in 2023 minder aanvragen binnengekomen. Met ingang van 2024 is het beschikbare budget naar beneden bijgesteld.  
2.    Mantelzorgondersteuning (voordeel € 59.000)
Het blijft ieder jaar lastig om precies in te schatten hoeveel mantelzorgers een compliment aanvragen. Het is een open einde regeling. Er zijn in 2023 minder Twinkelingen aan mantelzorgers verstrekt dan waar vooraf budgettair rekening mee was gehouden. De bestedingen 2023 zijn wel in lijn met die van voorgaande jaren.
3.    Subsidieregeling vrijwilligers informele zorg Veenendaal (voordeel € 40.000)
De gemeenteraad heeft besloten om structureel € 100.000 toe te voegen aan de waardering en subsidie vrijwilligers. In 2023 is dit extra bedrag niet volledig besteed. In 2024 blijkt er wel een hoger beroep op de regeling te worden gedaan. 
4.    Welzijn Veens (voordeel € 548.000) 
Het heeft enige tijd gekost voordat de juiste financiële constructie was uitgedacht om de wooncoach adequaat te positioneren en te werven. Hierdoor kon er uiteindelijk pas in het laatste kwartaal van 2023 met het project worden gestart. Het restantbudget van € 87.114 willen we graag middels resultaatbestemming meenemen naar volgende jaren.

Bij de decembercirculaire 2022 heeft het Rijk € 39.000 aan middelen beschikbaar gesteld voor het versterken van de sociale basis. Aangezien hier in 2022 geen uitvoering meer aan kon worden gegeven zijn deze middelen destijds meegenomen naar 2023. Bij de jaarrekening 2023 vragen wij om hiervan een bedrag van € 36.400 mee te mogen nemen als dekking voor het versterken van de sociale basis binnen het Integraal Beleidskader Sociaal Domein.
In 2023 is er voor € 422.000  aan gemeentelijke middelen binnen dit budget geruild met de incidenteel ontvangen IZA (€ 286.000) en GALA (€ 136.000) uitkeringen. Er wordt voorgesteld om de hiermee vrijgespeelde gemeentelijke middelen via resultaatbestemming over te hevelen naar 2024 . 

Bovenstaande resultaatbestemmingen willen we o.a. inzetten voor het langer continueren van het extra jongerenwerk, verlengen van de Veense huiskamer, het opzetten van een Mantelzorgexpertisecentrum, de Wooncoach - woonmakelaar en innovatieprojecten vanuit het Integraal Beleidskader.

5.    Digitale inclusieve stad (voordeel € 150.000)
In 2023 is geen uitvoering gegeven aan de activiteiten ten behoeve van de krapte op de arbeidsmarkt. Het was moeilijk om een projectleider aan te stellen. Inmiddels is dit gelukt en is gestart met  het uitvoeren van activiteiten. Voorgesteld wordt het bedrag over te hevelen van 2023 naar 2024.
6.    Algemene voorzieningen jeugd (burgerparticipatie) (voordeel € 20.000)   
Het budget voor burgerparticipatie is beschikbaar gesteld voor het faciliteren van de adviesraden vanuit jeugd. Deze adviesraden wisselen in samenstelling waardoor het ene jaar meer wordt uitgegeven dan het andere jaar. Het afgelopen jaar is wat minder     
besteed vanwege minder leden van de adviesraden en wat minder ambities en wensen waar financiële middelen voor nodig waren.  
7.    Kinderopvang (voordeel € 19.000). 
 In 2023 is minder gebruikgemaakt van  kinderopvang waar SMI (Sociaal Medische Indicatie) is ingezet. Dit levert een voordeel op van € 19.000.
8.    Lagere uitgaven vastgoed kinderopvang (voordeel € 33.000 ); Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door de lagere kosten van gasverbruik.  
9.    Lagere uitgaven crisisherstelfonds (voordeel € 35.000). In de 3e bestuursrapportage 2023 is  een groot gedeelte voor de uitvoering van het crisisherstelfonds overgeheveld naar 2024. Er zijn in de laatste maanden van 2023 geen uitgaven geweest en geen beschikkingen verleend aangezien de regeling pas op 14 december 2023 in werking is getreden  De restantmiddelen, ad €  35.000, worden via de reserve meerjarige middelen overgeheveld naar 2024  (energiecompensatieregeling) 
10.    Lagere uitgaven coronaherstelfonds (voordeel € 30.000). Het voordelige resultaat is het gevolg van de terugvordering van eerder verstrekte subsidies in het kader van het coronaherstelfonds.
11.    Overige posten: voordeel  € 32.000 
Op de overige onderdelen binnen dit taakveld zijn positieve afwijkingen zichtbaar voor een totaalbedrag van € 32.000. 

Sportbeleid en activering: voordeel € 83.000
Op dit taakveld is een voordeel van € 83.000 gerealiseerd. Dit komt voornamelijk omdat de afrekening van de SPUK Sport 2021  en 2022 voordeliger uitvalt. De afrekening van 2021 en 2022 is hoger vastgesteld dan verwacht, namelijk op 100%  reden hiervoor is de onderuitputting op het totaal van de regeling SPUK Sport, waardoor het Rijk het te compenseren percentage alsnog hoger heeft vastgesteld. Het totale voordeel bedraagt hierdoor afgerond € 41.000.  Daarnaast ontstaat er een voordeel ad. € 42.000 vanwege onderuitputting op diverse onderdelen binnen het sportbeleid.   

Naast bovengenoemde afwijkingen zijn er budgetneutrale afwijkingen op de baten en lasten Deze worden voornamelijk veroorzaakt door de volgende mutaties. Er zijn minder lasten en baten  vanwege de Brede Spuk GALA. De volledige Spuk GALA 2023 (ten behoeve van het sportakkoord, de leefomgeving en de brede regeling combinatiefuncties) is begroot, echter conform de regeling is het toegestaan 20% over te hevelen naar 2024. Hiervan is dan ook gebruikgemaakt, waardoor er een afwijking op zowel de baten en lasten ontstaat van circa € 84.000.  Ook is er  een aanvullende uitkering van het Rijk ontvangen inzake meerkosten  energie openbare zwembaden, (Spuk MEOZ ad € 93.000. Dit bedrag is  beschikbaar gesteld aan  stichting Sportservice Veenendaal. Deze gelden waren niet begroot, aangezien  het bedrag pas laat in 2023 bekend werd.

Volksgezondheid: voordeel  € 120.000
1.    GGD regio Utrecht (nadeel € 38.000)
De GGDrU heeft in haar laatste begrotingswijzing 2023 per abuis het budget voor het onderdeel  toezicht en handhaving/controle kinderopvang verlaagd. Aangezien de kosten in 2023 onveranderd zijn gebleven is hierdoor een nadeel van € 36.125 ontstaan. De GGDrU gaat deze fout in de eerstvolgende begrotingswijzigingsmogelijkheid meerjarig herstellen. Het overige nadeel komt voort uit hogere kosten vanuit de eindafrekening van de Twijn 2022.
2.    GIDS gelden - Clean-FrisValley (voordeel € 134.000)
Bij de decembercirculaire 2022 is er voor de impuls kansrijke start € 32.000 ontvangen. Deze middelen zijn samen met de € 62.600 aan overige restantmiddelen via resultaatbestemming meegenomen naar 2023. Halverwege 2023 zijn de SPUK GALA middelen beschikbaar gekomen waardoor € 73.000 van deze meegenomen middelen niet langer noodzakelijk waren. Ook de € 61.000 aan eigen middelen waren in 2023 door het verkrijgen van deze GALA middelen niet langer noodzakelijk. Daarom zijn deze middelen reeds teruggegeven bij de programmabegroting 2024-2027.
3.    Gezondheidsbeleid (voordeel € 17.000) 
Vanaf 2024 hebben we geen aparte lokale nota Volksgezondheid meer. We hebben ervoor gekozen om het lokale volksgezondheidbeleid integraal onderdeel te laten zijn van het Integraal Beleidskader Sociaal Domein (IBK). 

In 2023 is er geen uitvoering gegeven aan de subsidieregeling voor AED's. Hierdoor is € 16.000 niet besteed. Onze lokale partner voor de uitvoering, stichting HartslagNu Veenendaal, besloot te stoppen en de stichting op te heffen. We hebben onderzoek gedaan naar alternatieven en afspraken gemaakt met de landelijke stichting HartslagNu. In 2024 gaan we hier uitvoering aan geven met de middelen die reeds voor 2024 begroot staan. 

4.    Overige posten: voordeel € 7.000. 

 Hulp bij het huishouden (Wmo): nadeel € 541.000 
1.    Schoonmaakondersteuning (nadeel € 701.000)
De uitgaven voor schoonmaakondersteuning zijn hoger dan begroot. De landelijke trend blijft een stijging, voornamelijk vanwege de aanzuigende werking van het abonnementstarief. Dit zien we ook in de gemeente Veenendaal dit jaar opnieuw terug. Daarnaast zien we dat een aantal cliënten vanuit BI licht naar schoonmaakondersteuning verschuift. 
2.    PGB WMO schoonmaakondersteuning (voordeel € 35.000)
In 2023 hebben er minder verstrekkingen van schoonmaakondersteuning in PGB vorm plaatsgevonden dan er was gebudgetteerd.
3.  Hulp gedupeerde toeslagen (voordeel € 125.000)
Het voordelige saldo bij de hulp aan gedupeerden is in 2023 € 125.000. Dit wordt  veroorzaakt door een hogere rijksvergoeding. Bij de uitvoering van de hulp aan gedupeerden valt Veenendaal alsnog in een gunstige klasse voor de hoogte van de rijksvergoeding. Daarnaast is regeling gewijzigd, wordt de rijksvergoeding vanaf 2024 jaarlijks vergoed en zijn deze middelen niet voor volgende jaren noodzakelijk. Derhalve vallen de restantmiddelen vrij in deze jaarstukken.

Toegang en eerstelijnsvoorzieningen: voordeel € 1.782.000
1.    Uitgaven 2e lijns-zorg (voordeel  € 1.359.000)
Een belangrijk onderdeel van dit taakveld is de toegang voor jeugdhulp, die onderdeel uitmaakt van de totale 2e lijnszorgkosten jeugd (zorg in natura). Alle taakvelden die te maken hebben met de 2e lijnszorgkosten jeugd worden in totaliteit verderop in dit document toegelicht

Het resterende voordeel op dit taakveld (exclusief toegang jeugdhulp) bedraagt op dit moment afgerond € 423.000 (directe baten en lasten) en wordt voornamelijk veroorzaakt door:

2.    CJG (voordeel  € 196.000) 
Op basis van de jaarrekening CJG over 2023 zal in het kader van de subsidieverstrekking een bedrag van € 159.000 worden teruggevorderd van het CJG. Het voordelige saldo ultimo 2023 bedraagt € 179.000 Van dit overschot is € 20.000 gestort in de egalisatiereserve van het CJG (tot maximaal 10% van de gemeentelijke bijdrage in 2023). Resteert € 159.000. Dit saldo kan als volgt worden verklaard:  
•    Gedurende het jaar 2023 heeft het CJG-middelen gereserveerd voor de eerste inrichting van het nieuwe pand (volgens afspraak met de gemeente). Het gaat om een kostenpost van afgerond € 65.000. Deze middelen zijn in 2023 betaald, maar mogen niet worden verwerkt in de verlies- en winstrekening van het boekjaar 2023. De investeringen voor de eerste inrichting hebben een meerjarig economisch nut en moeten daarom geactiveerd worden. De investeringen worden in 5 jaar afgeschreven. Voorgesteld wordt deze € 65.000 via de resultaatbestemming bij de gemeentelijke Jaarstukken 2023 voor het CJG in 2024-2028 beschikbaar te stellen. Deze middelen zullen worden gebruikt om de afschrijvingslasten van de investeringen voor de eerste inrichting in de komende 5 jaar te dekken. 
•    Een ander deel van het saldo afgerond € 94.000 kan grotendeels worden verklaard doordat in- en uitdiensttreding van personeel niet altijd direct op elkaar aansluit, waardoor vrijval in personeelslasten is ontstaan. En voor een aantal medewerkers die zwangerschaps- en/of ouderschapsverlof hebben gehad, is een UWV-bijdrage ontvangen. Niet in alle gevallen is vervanging gerealiseerd.  

Daarnaast is er nog een voordeel van € 37.000 die komt voornamelijk door de uitruil van de SPUK IZA (integraal Zorg akkoord) middelen van 2023 voor het Familiehuis. We kunnen namelijk een aantal reguliere werkzaamheden ten laste van de SPUK IZA in 2023 brengen. Voorgesteld wordt om een deel van het voordelige saldo voor een bedrag van € 25.750 over te hevelen naar 2024.

3.    Algemene voorzieningen jeugd (voordeel € 44.000)
Er is in 2023 minder gebruikgemaakt van de algemene voorzieningen voor jeugd.

4.    Integrale projecten Sociaal Domein (voordeel € 125.000)                                                                                                                                                              
Het plan was om het budget voor integrale projecten binnen het sociaal domein, ad € 125.000, in 2023 incidenteel  binnen het welzijnswerk als ontwikkelbudget in te zetten, maar daar is om moverende redenen vanaf gezien. En de ideeën die er bij zorgaanbieders waren voor de inzet van deze middelen, zijn vanuit andere budgetten gefinancierd. Voorgesteld wordt daarom om dit bedrag  over te hevelen naar 2024 tot en met 2027 voor de bekostiging van innovatieve integrale projecten binnen het sociaal domein.

5.    Vastgoed Markt 20 (CJG) (voordeel € 52.000)
Bij de 2e bestuursrapportage 2023 heeft de raad € 55.000 beschikbaar gesteld voor de verbouwingskosten van het pand Markt 20 ten behoeve van het CJG. Hiervan is € 52.000 nog niet benut. Voorgesteld wordt dit bedrag over te hevelen naar 2024. Overigens loopt de verbouwing van het pand aan de Markt 20 door in 2024. 

6.    Overige afwijkingen (voordeel € 6.000)
Op de overige onderdelen binnen dit taakveld zijn geringe positieve  afwijkingen zichtbaar voor een totaalbedrag van € 6.000.

Begeleiding (Wmo): voordeel € 276.000
1. Begeleiding (voordeel € 110.000)
De uitgaven voor begeleiding individueel zijn iets lager dan begroot. De landelijke trend is een stijging. Hier zijn enkele verklaringen voor. Er vindt een daling plaats van het aantal cliënten BI Licht. Dit is een verschuiving naar Schoonmaakondersteuning. Daarnaast vindt door de steviger regie vanuit het Wmo-loket en het scherper sturen op doelen een afschalende beweging plaats van Begeleiding Individueel Zwaar naar begeleiding Individueel Midden. Tot slot worden er gemiddeld minder uren beschikt dan eerdere jaren. De uitnutting blijft tegelijkertijd stabiel. De stabiele uitnutting heeft waarschijnlijk te maken met het beter naleven van contractafspraken.
2. PGB WMO begeleiding (voordeel € 210.000)
In 2023 ontvingen minder mensen een PGB voor individuele begeleiding dan in 2022. Daardoor zijn de uitgaven lager dan begroot.
3. WMO meerkostenregeling Covid (nadeel € 56.000)
Er hebben in 2023 nog uitbetalingen plaatsgevonden voor de regeling coronameerkosten die betrekking hadden op aanvraagjaar 2022.
4. Overige posten (voordeel € 12.000)  

Dagbesteding (Wmo): voordeel € 208.000
1. Dagbesteding (voordeel € 129.000)
Er is in 2023 een kleine afwijking van de uitgaven dagbesteding ten opzichte van het budget. Hier zijn twee verklaringen voor. Ten eerste is het aantal cliënten dagbesteding in 2023 licht gedaald ten opzichte van de jaren ervoor. Dit komt met name door de werkwijze van het Wmo-loket waarbij meer gestuurd wordt op doelen en doordat de uitstroom naar de WLZ is gestegen. De tweede verklaring is de daling van de uitnutting. Dit wordt waarschijnlijk onder andere veroorzaakt door het verstevigen van contractmanagement en het beter nakomen van contractafspraken.
2. PGB WMO dagbesteding (voordeel € 79.000)
De uitgaven voor PGB groepsgerichte ondersteuning zijn lager dan begroot, maar vergelijkbaar met eerdere jaren. Het aantal cliënten was in 2023 gelijk aan het aantal in 2022.

Maatschappelijke- en vrouwenopvang (WMO): voordeel € 200.000
Dit voordeel bestaat uit diverse onderdelen: € 11.000 voor Begeleide Huisvesting Jong Volwassenen, € 117.000 voor Licht Verstandelijke Beperking, € 26.000  voor verward gedrag,  € 15.000 voor WvGGZ, € 31.000 maatje achter de voordeur. Voor maatje achter de voordeur nemen we een bedrag van € 31.000 mee als resultaatbestemming om dit project langer uit te kunnen voeren. De overige middelen kunnen vrij vallen in de algemene reserve.  

Algemene toelichting 2e lijnszorg (div. taakvelden) : nadeel € 1.744.000 en overige afwijkingen voordeel € 551.000
Dit betreft diverse taakvelden : Toegang en eerstelijnsvoorzieningen, Jeugdhulp begeleiding, Jeugdhulp behandeling, Jeugdhulp dagbesteding, Jeugdhulp zonder verblijf overig, Pleegzorg, Gezinsgericht, Jeugdhulp met verblijf overig, Behandeling GGZ zonder verblijf, Crisis/LTA/GGZ-verblijf, Gesloten plaatsing en Jeugdreclassering.)
De 2e lijnszorgkosten worden gefinancierd vanuit de Jeugdwet. Dit is een openeinderegeling. Dit betekent dat wanneer gemeente, gecertificeerde instelling, medisch specialist of huisarts een indicatie voor deze zorg afgeeft de gemeente dit  moet betalen. De overschrijding van de zorgkosten in 2023, ad € 1.744.000, is ontstaan doordat onder andere de kosten van begeleiding stijgen. Dit wordt met name veroorzaakt door een stijging van het aantal jeugdigen dat hiervan gebruik maakt. Naast het stijgende aantal zien we ook een lichte stijging in de intensiteit (de uren per maand) van de trajecten.
De stijging van de kosten op behandeling zit met name in de toenemende intensiteit en de duur van de trajecten. Jeugdigen krijgen een langere behandeling en per behandeling neemt het aantal uren per maand toe. Het aantal jeugdigen dat een behandeling krijgt, stijgt dus niet.
De kosten voor residentiële jeugdhulp blijven stijgen. Aan de ene kant neemt de intensiteit van de begeleiding van jeugdigen toe. Kleinere behandelgroepen zorgen voor intensievere begeleiding /behandeling per jeugdige. Maar de kosten  stijgen minder sterk omdat het aantal jeugdigen in residentieel verblijf wel blijft afnemen.
Tot slot zien we een daling in de kosten op jeugdbescherming en jeugdreclassering. Het aantal jeugdigen waarbij een GI betrokken is, daalt. Dit verklaart ook de daling op de kosten.

Overige afwijkingen: 
Naast de afwijkingen op de 2e lijnszorg zijn op onderstaande taakvelden ook de volgende afwijkingen verantwoord:  Programmakosten sociaal domein (voordeel € 58.000), PGB's jeugd (voordeel € 234.000) en algemene voorzieningen jeugd (voordeel € 259.000). 

Jeugdhulp begeleiding: nadeel € 294.000
Het nadelige resultaat op het taakveld jeugdhulp begeleiding bedraagt € 294.000. Hiervan heeft een nadelig saldo van € 352.000 betrekking op de 2e lijnszorg. Het overige voordelig saldo van € 58.000 heeft betrekking  op de programmakosten voor het sociaal domein. Dit bedrag wordt, in lijn met voorgaande jaren, via de reserve meerjarige middelen, overgeheveld naar 2024.

Jeugdhulp behandeling: voordeel € 487.000
Het voordelige resultaat op het taakveld jeugdhulp behandeling bedraagt € 487.000. Hiervan heeft een nadelig verschil van € 6.000 betrekking op de 2e lijnszorg. Een voordelig saldo van € 234.000 wordt veroorzaakt door lagere uitgaven op de PGB's jeugd. Er hebben in 2023 minder verstrekkingen van ambulant en verblijf in PGB vorm plaatsgevonden dan was gebudgetteerd. Tevens is een voordelig saldo van € 259.000 zichtbaar bij de algemene voorzieningen jeugd, specifiek bij de bijdrage aan het Knooppunt.  In 2023 is sprake van een onderbesteding van het budgettair kader van het Knooppunt dat alle facturatie/ contractmanagement taken jeugdhulp uitvoert. Dit komt onder andere door de krappe arbeidsmarkt, waardoor er vacatures waren, en het lager uitvallen van andere begrootte bedragen.  Een gedeelte van dit  restant van de bedrijfsvoeringkosten 2021 en 2022 en 2023, wil het Knooppunt jeugd reserveren voor een aantal projecten / functies in  2024 (w.o. de kosten die gemaakt gaan worden voor de vorming van een gemeenschappelijke regeling). Voorgesteld wordt om de kosten voor het aandeel Veenendaal in 2024, afgerond ad € 82.000 via de resultaatbestemming bij de jaarrekening 2023 over te hevelen van 2023 naar 2024. Aan andere gemeenten in de jeugdhulpregio is hetzelfde verzoek gedaan,

Jeugdhulp dagbesteding: voordeel € 5.000
Het voordelige resultaat op het taakveld jeugdhulp dagbesteding bedraagt € 5.000.

Jeugdhulp zonder verblijf overig: nadeel € 1.035.000
Het nadelige resultaat op het taakveld jeugdhulp zonder verblijf overig bedraagt € 1.035.000.

Pleegzorg: voordeel € 663.000
Het voordelige resultaat op het taakveld pleegzorg bedraagt € 663.000.

Gezinsgericht: nadeel € 316.000
Het nadelige resultaat op het taakveld gezinsgericht bedraagt € 316.000. 

Jeugdhulp met verblijf overig: nadeel € 2.617.000
Het nadelige resultaat op het taakveld jeugdhulp met verblijf overig bedraagt € 2.617.000.

Behandeling GGZ zonder verblijf: voordeel € 718.000
Het voordelige resultaat op het taakveld Behandeling GGZ zonder verblijf bedraagt € 718.000.

Crisis/LTA/GGZ-verblijf: nadeel € 582.000
Het nadelige resultaat op het taakveld Jeugdhulp crisis/LTA/GGZ verblijf bedraagt € 582.000.

Gesloten plaatsing: nadeel € 174.000
Het nadelige resultaat op het taakveld Gesloten plaatsing bedraagt € 174.000. 

Jeugdreclassering: voordeel € 595.000
Het voordelige resultaat op het taakveld jeugdreclassering bedraagt € 595.000.

 

Beschermd wonen (voordeel € 832.000)
Eigen bijdrage Beschermd wonen voordeel € 99.000 
De eigen bijdrage voor beschermd wonen vanuit het CAK is hoger dan begroot aangezien er in 2023 nog een nabetaling heeft plaatsgevonden over het boekjaar 2022.

Beschermd wonen voordeel € 1.351.000 en voor Beschermd thuis nadeel € 623.000
Een deel van het hier gerealiseerde voordeel dient als financiële dekking voor de beschermd thuis kosten (€ 296.000) welke in taakveld 6.81 Geëscaleerde zorg 18+ zijn opgenomen.

Veenendaal ontvangt jaarlijks via de centrumgemeente Ede een vastgesteld budget voor Beschermd Wonen. Deze middelen worden ingezet om de ondersteuning voor inwoners vanuit Veenendaal met een indicatie voor Beschermd Wonen of Beschermd Thuis te bekostigen. 

In 2023 zijn de Beschermd Thuis  middelen voor een laatste keer aangevuld met een incidenteel budget van € 285.934,40 vanuit de oude centrumgemeente Amersfoort. Deze middelen waren ter dekking van de zorgkosten voor de groep inwoners met een Beschermd Thuis indicatie van voor 1 januari 2022. Vanaf 2024 vervalt deze afspraak en zal Veenendaal alle kosten voor Beschermd Thuis moeten dekken vanuit de middelen die zij jaarlijks vanuit Ede ontvangt.

Risico op dalen van inkomsten
Daarnaast spelen binnen het dossier Beschermd Wonen verschillende landelijke ontwikkelingen, en daarbij horende financiële onzekerheden. Op dit moment is nog onduidelijk of er een herberekening gaat plaatsvinden richting gemeenten als gevolg van de hogere cliëntenuitstroom dan verwacht naar de Wet langdurige Zorg (Wlz). Als dit het geval is, wordt het budget van de decentralisatie-uitkering lager voor gemeenten en wordt dit doorberekend in het budget voor Veenendaal.

Risico op stijgen kosten
Om de hogere toestroom naar de Wlz te remmen, is de toelating tot de Wlz heel beperkt. Dit kent voor Veenendaal een financieel risico, aangezien inwoners (langer) beroep doen op de Wmo. De verwachting is dat het prijspeil voor Beschermd wonen en Beschermd thuis vanaf 2025 met de nieuwe inkoop, met uitzondering van indexatie, ongeveer gelijk zal blijven.
 
Overige posten: voordeel € 5.000
Op de overige onderdelen binnen dit taakveld zijn geringe positieve afwijkingen zichtbaar voor een totaalbedrag van € 5.000.

Overige verschillen: nadeel € 6.000

Reservemutaties

Toevoegingen aan de reserves: nadeel € 58.000

In lijn met eerdere besluitvorming zijn de volgende toevoegingen aan de reserves, die afwijken van de begroting, verwerkt:

-    Een storting van € 58.000 in de bestemmingsreserve meerjarige middelen van het resterende budget in 2023 van het opgave budget voor het programma ‘Sociaal Domein’.