Programma 1: Fysieke leefomgeving

Financiële ontwikkelingen Fysieke leefomgeving

Terug naar navigatie - Financiële ontwikkelingen Fysieke leefomgeving
Bedragen x €1.000
Feiten en ontwikkelingen Raming 2022 Raming 2023 Raming 2024 Raming 2025
Lasten
2.1A - Verkeer en vervoer 145 0 0 0
2.1B - Verkeer en vervoer -47 0 0 0
5.5A - Cultureel Erfgoed -150 0 0 0
5.7A - Openbaar groen en (openlucht) recreatie -705 0 0 0
6.1C - Samenkracht en burgerparticipatie -29 0 0 0
7.2A - Riolering -170 0 0 0
7.4A - Milieubeheer 200 0 0 0
7.4D - Milieubeheer -2.205 0 0 0
7.5A - Begraafplaatsen -60 0 0 0
8.1A - Ruimtelijke Ordening 26 0 0 0
8.1C - Ruimtelijke Ordening -753 0 0 0
8.2 - Grondexploitatie (niet bedrijventerreinen) 984 0 0 0
8.3B - Wonen en bouwen -85 0 0 0
8.3D - Wonen en bouwen 65 0 0 0
Totaal Lasten -2.784 0 0 0
Baten
0.3A - Beheer overige gebouwen en gronden -2 0 0 0
6.1D - Samenkracht en burgerparticipatie 10 0 0 0
8.1A - Ruimtelijke Ordening 37 0 0 0
8.3B - Wonen en bouwen -90 0 0 0
Totaal Baten -45 0 0 0
Saldo van baten en lasten 2.740 0 0 0
Onttrekkingen
0.10A - Mutaties reserves Fysieke Leefomgeving 1.128 0 0 0
Totaal Onttrekkingen 1.128 0 0 0
Stortingen
0.10A - Mutaties reserves Fysieke Leefomgeving 4.143 0 0 0
Totaal Stortingen 4.143 0 0 0
Saldo mutaties reserves -3.015 0 0 0

Toelichting financiële ontwikkelingen

Terug naar navigatie - Toelichting financiële ontwikkelingen

 Lasten
2.1A - Verkeer en vervoer (hogere lasten energielasten openbare verlichting € 145.000,-)
De energiekosten vallen door de prijsstijgingen op de energiemarkt dit jaar hoger uit, zoals al aangekondigd in eerdere bestuursrapportages. Op basis van de gegevens bekend bij de tweede bestuursrapportage is bij risico’s en ontwikkelingen een inschatting gemaakt dat we € 720.000,- hogere energiekosten verwachten. Echter omdat wij dit jaar de energie nog afnemen via Citytec, die een veel lager tarief doorrekent dan de actuele prijzen, komen de energiekosten voor de openbare verlichting € 145.000,- hoger uit dan begroot. Voorgesteld wordt om de hogere energiekosten ad € 145.000,- te dekken uit de stelpost prijsstijgingen.

2.1B - Verkeer en vervoer (lagere lasten parkeren bedrijventerrein Nijverkamp en project High Five € 47.000,-) 
We zijn met de bedrijven direct ten zuiden van de A12 in gesprek over de daar geconstateerde parkeerproblematiek. De verwachting is dat wij dit jaar de daaruit voortvloeiende maatregelen niet kunnen uitvoeren. Ook willen we de signalen ten aanzien van parkeren op het bedrijventerrein Nijverkamp nader onderzoeken. Wij stellen daarom voor om het restant budget ad € 34.000 via de reserve meerjarige middelen mee te nemen naar 2023.

In 2022 is afgerond € 26.000,- subsidie gekregen voor het project High Five. De uitvoering van het project is aan het begin van het nieuwe schooljaar in september gestart en eindigt aan het einde van het schooljaar in 2023. Voorgesteld wordt om het restant budget ad € 13.000,- via de reserve meerjarige middelen mee te nemen naar 2023.

5.5A - Cultureel Erfgoed (lagere lasten kerkenvisie en monumenten € 150.000,-)

In 2021 is een subsidieverzoek ingediend voor de kerkenvisie. Via de decentrale uitkering hebben wij een budget ontvangen van € 50.000,-. Vanwege capaciteitsgebrek is er nog geen start gemaakt met het opstellen van een kerkenvisie. De komende periode wordt het overleg met de kerkbesturen gestart met als doel om te komen tot een visie over de toekomst van de (monumentale) kerkgebouwen. Het voorstel is om dit budget van € 50.000,- bij deze 3e bestuursrapportage af te ramen en via de reserve meerjarige middelen mee te nemen naar 2023.

In 2022 bedraagt het budget voor monumenten afgerond € 131.000,-. Aangezien er nog maar zeer beperkt gebruik is gemaakt van deze mogelijkheid tot subsidieverlening, is er nog een subsidiebudget beschikbaar van afgerond € 123.000,-. Ondanks de inspanningen om de mogelijkheid tot subsidie bij de inwoners onder de aandacht te brengen zien we dat er relatief weinig verzoeken worden ingediend. Het voorstel is om het budget af te ramen met € 100.000,-. In 2023 wordt de subsidieverordening geëvalueerd.

5.7A - Openbaar groen en (openlucht) recreatie (lagere lasten openbaar groen 705.000,-)
Conform de aankondiging in de 2e bestuursrapportage zijn de meeste geplande groenrenovaties en het (ver)planten van bomen en plantsoenen doorgeschoven naar 2023. Dit komt door de langdurige procedure rond de Europese aanbestedingen. Het geplande werk wordt in 2023 alsnog uitgevoerd. Daarom wordt voorgesteld om het restant budget ad € 705.000,- via de reserve meerjarige middelen over te hevelen naar 2023.

6.1C - Samenkracht en burgerparticipatie (lagere lasten leefbaarheid € 29.000,-)
Voor de bestrijding van maatschappelijke overlast en verloedering is door het Rijk meerjarig geld beschikbaar gesteld, welke uitsluitend voor dit doel aangewend mag worden. Het restant budget (€ 29.000,-) is in 2022 niet besteed. Voorgesteld wordt dit budget via de reserve meerjarige middelen over te hevelen naar 2023.

7.2A - Riolering (lagere lasten baggerwerkzaamheden € 170.000,-)
Voor het project baggerwerkzaamheden wordt in 2022 niet het gehele bedrag besteed. Er blijft naar verwachting een bedrag van € 170.000,- in 2022 over. Het project heeft een meerjarig karakter en wordt gefaseerd uitgevoerd en zal doorlopen na 2022. Conform eerdere besluitvorming wordt voorgesteld om deze € 170.000,- via de reserve meerjarige middelen over te hevelen naar 2023.

7.4A - Milieubeheer (hogere lasten energievoorziening € 200.000,-)
De gemeente heeft een actieve rol vervuld in het realiseren van een duurzame energievoorziening in de nieuwe wijk Groenpoort. De gemeente heeft advies ingewonnen voor een optimaal energieconcept en er heeft een aanbesteding plaatsgevonden om te komen tot een PPS (publiek private samenwerking)-constructie. Tenslotte zijn er diverse adviezen ingewonnen over de technische, economische en juridische haalbaarheid van het beoogde systeem. Een deel van de gemaakte kosten kan worden toegerekend en doorbelast aan DEVOG. Het resterende deel van maximaal € 200.000,- is toe te rekenen aan de gemeente. 

7.4D - Milieubeheer (lagere lasten stikstofdossier en Programma Energie Neutraal Veenendaal € 2.205.000,-)
De middelen voor het stikstofdossier zijn voor meerjarig gebruik beschikbaar gesteld. Voorgesteld wordt het resterende budget van € 155.000,- in 2023 opnieuw beschikbaar te stellen via de reserve meerjarige middelen. 

De middelen van het programma Energie Neutraal Veenendaal zijn voor meerjarig gebruik beschikbaar gesteld. Voorgesteld wordt € 2.050.000,- in 2023 opnieuw beschikbaar te stellen via reserve meerjarige middelen.

7.5A - Begraafplaatsen (lagere lasten onderzoek wandelpark € 60.000,-)
In de exploitatiebegroting is in 2022 € 60.000,- gereserveerd voor een onderzoek op de begraafplaats naar de mogelijkheid tot omvorming naar wandelpark. Het onderzoek heeft echter nog niet plaatsgevonden en verwacht wordt dat in 2023 het onderzoek zal worden uitgevoerd. Voorgesteld wordt dit bedrag over te hevelen naar 2023.

8.1A - Ruimtelijke Ordening (hogere lasten bestemmingsplannen € 26.000,-)
Door de vele ruimtelijke procedures worden er ook extra kosten gemaakt. Het voorstel is om het budget te verhogen met € 26.000,-. Hier staat een hogere inkomst ad € 37.000,- tegenover (zie Baten 8.1.A).

8.1C - Ruimtelijke Ordening (lagere lasten Omgevingswet € 753.000,-)
Minister de Jonge heeft op 14 oktober 2022 aangekondigd dat de invoering van de Omgevingswet per 1 juli 2023 zal plaatsvinden. Voor de gemeentelijke organisatie betekent dit een andere manier van werken. Met het Programma invoering Omgevingswet worden alle werkzaamheden voorbereid die nodig zijn voor de invoering van de Omgevingswet. Deze voorbereiding wordt zoveel mogelijk uitgevoerd door medewerkers van de gemeente, zij worden hiervoor beschikbaar gesteld. Omdat dit ten koste gaat van de lijnwerkzaamheden, die met de onzekerheid van de nieuwe Wet ook nog eens in omvang toenemen, worden hiervoor extra medewerkers ingehuurd. De nieuwe Omgevingswet is complex en omvangrijk. Na 1 juli moeten de initiatiefnemers (vergunning aanvragers) en medewerkers nog leren omgaan met de nieuwe wet in de praktijk. Ook dan vraagt dit extra capaciteit. De beschikbare middelen worden hiervoor ingezet. Voorgesteld wordt een bedrag van € 753.000,- over te hevelen naar 2023 en in dat jaar beschikbaar te stellen voor de verdere voorbereiding van de invoering van de Omgevingswet.

In de septembercirculaire is een bedrag van € 436.000 beschikbaar gesteld voor de transitiekosten die gemeenten hebben gemaakt in aanloop naar de invoering van de Omgevingswet. Deze middelen maken ook onderdeel uit van het over te hevelen bedrag. 

8.2 - Grondexploitatie (niet bedrijventerreinen) (hogere lasten € 984.000)
In 2021 is een tweetal specifieke uitkeringen ontvangen in het kader van de regeling huisvesting aandachtsgroepen en de huisvesting vergunninghouders. Daarnaast heeft de provincie een subsidie toegekend voor een haalbaarheidsonderzoek transformatie voormalig kantoor Belcompany. Bij de jaarrekening 2021 is een totaalbedrag van afgerond € 1.003.000,- gestort in de risicoreserve grondexploitatie om over te hevelen naar 2022. Via deze bestuursrapportage wordt dit bedrag van afgerond € 1.003.000,- weer in 2022 beschikbaar gesteld. Hiermee wordt geregeld dat de gesubsidieerde uitgaven en de dekking vanuit de hiervoor ontvangen subsidie in hetzelfde boekjaar komen. Daarnaast vindt er een correctie plaats van een tekort bij de jaarrekening 2020 van afgerond € 19.000,-.

8.3B - Wonen en bouwen (lagere lasten Wet kwaliteitsborging bouwen € 85.000,- )
In de decembercirculaire 2021 en septembercirculaire 2022 is een bedrag van in totaal € 105.000,- beschikbaar gesteld voor de Wet kwaliteitsborging bouwen. Op dit moment is nog onvoldoende duidelijk wat de gevolgen zijn van deze wet. Voorgesteld wordt deze middelen over te hevelen naar 2023 en in dat jaar opnieuw beschikbaar te stellen. 

Het budget voor de welstandsadvisering is bijna volledig benut. Het voorstel is om het budget bij de 3e bestuursrapportage te verhogen met € 20.000,- en de kosten ten laste te brengen van de egalisatiereserve bouwleges.

8.3D - Wonen en bouwen (hogere lasten startersleningen 65.000,-)
Volgens het bestaande beleid worden de rentekosten van de startersleningen ten laste gebracht van de reserve starters -en blijversleningen. De rentekosten waren echter niet begroot en bedragen in 2022 € 105.000,-. Door de verrekening via de reserve verloopt deze mutatie budgettair neutraal. In de 1e bestuursrapportage 2023 worden de rentekosten van de starters- en blijversleningen structureel verwerkt in de begroting.

Voor 2022 is een budget beschikbaar van € 63.000,- voor duurzaamheidsleningen. De rentekosten bedragen in 2022 € 23.000,-. Voorgesteld wordt een bedrag van € 40.000,- te laten vrijvallen ten gunste van het resultaat van de 3e bestuursrapportage.

Baten
8.1A - Ruimtelijke Ordening (hogere baten bestemmingsplannen € 37.000,-)
Aan inkomsten is een bedrag begroot van € 66.400,-. Omdat er in 2022 relatief veel langlopende ruimtelijke procedures zijn afgerond, bedraagt de meeropbrengst afgerond € 37.000,-. Hier staan € 26.000,- aan extra kosten tegenover (zie lasten 8.1.A). Per saldo komt een bedrag van afgerond € 11.000,- ten gunste van het resultaat. 

8.3B - Wonen en bouwen (lagere baten toezicht € 90.000,-)
Een aantal jaren geleden zijn 2 dwangsommen van in totaal € 90.000,- opgelegd vanwege het bouwen en gebruik, in afwijking van een verleende omgevingsvergunning aan de Stationsstraat. Tot op heden zijn deze dwangsommen niet betaald en invordering blijkt niet meer mogelijk te zijn. De dwangsommen zijn ingetrokken en dit resulteert in een eenmalige lagere baten van € 90.000,-.

Reservemutaties
Egalisatiereserve bouwleges: onttrekking (€ 20.000,-) 
Zie toelichting lasten 8.3B.

Reserve starters- en blijversleningen: onttrekking (105.000,-)
Volgens het bestaande beleid worden de rentekosten van de startersleningen ten laste gebracht van de reserve starters -en blijversleningen. De rentekosten bedragen in 2022 € 105.000,-. Door de verrekening via de reserve verloopt deze mutatie budgettair neutraal. In de 1e bestuursrapportage 2023 worden de rentekosten van de starters- en blijversleningen structureel verwerkt in de begroting. 

Risicoreserve bouwgrond exploitatie: onttrekking (€ 1.003.000,-)
Zie toelichting lasten 8.2.

Reserve meerjarige middelen: storting (€ 4.143.000,-) 
Voorgesteld wordt om de resterende middelen ten behoeve van de diverse doelen, ad. in totaal € 4.143.000,-, via de reserve meerjarige middelen over te hevelen naar 2023.

Risico's/ ontwikkelingen Fysieke leefomgeving

Terug naar navigatie - Risico's/ ontwikkelingen Fysieke leefomgeving

WABO-leges
De geraamde opbrengst van de WABO-leges voor het jaar 2022 bedraagt € 2.062.000,-. In dit bedrag zijn ook de inhuurkosten voor tijdelijk personeel verwerkt.

Op 1 september 2022 bedragen de inkomsten van de WABO-leges € 980.628,-. De tot nu toe gerealiseerde inkomsten lopen achter ten opzichte van de geraamde jaaropbrengst. Hoewel het aantal bouwplannen gemiddeld is, betreft het relatief veel kleine plannen waardoor de opbrengst van de WABO-leges achterblijft. Gelet op de werkvoorraad bedraagt de legesopbrengst in 2022 naar verwachting tussen de € 1.600.000,- en € 1.800.000,-. Bij de vaststelling van de jaarrekening wordt het definitieve resultaat bepaald en biedt de egalisatiereserve WABO-leges voldoende ruimte om een tegenvallend resultaat te compenseren.

Openbare ruimte
In verband met het rechtmatig willen inkopen en het ontbreken van de raamovereenkomsten op een aantal activiteiten in de openbare ruimte is een aantal inkoopactiviteiten stilgelegd. Op een aantal activiteiten zitten we aan de Europese aanbestedingsgrens. Indien we toch blijven inkopen zullen we deze drempel overschrijden en daardoor onrechtmatig handelen. Er wordt op dit moment gewerkt aan de diverse raamovereenkomsten om zo de werken in 2023 weer uit te kunnen voeren. Dit betekent dat op een aantal activiteiten in de openbare ruimte het budget voor 2022 niet volledig wordt uitgegeven. Momenteel is nog onbekend hoeveel budget er overblijft: bij de jaarrekening 2022 wordt voorgesteld om de dan nog resterende budgetten via een resultaatbestemming opnieuw beschikbaar te stellen om zo alsnog de activiteiten uit te kunnen voeren die voor 2022 gepland stonden. 

Riolering
Voor het onderhoud van de druk/persriolen wordt een overschrijding verwacht van € 113.000,-. De overschrijding wordt grotendeels veroorzaakt door niet voorziene uitgaven zoals het vervangen van de modems omdat KPN de 3G modems niet meer ondersteunt. Diverse luchtpersrioolgemalen gaven grote storingen en waren aan het eind van hun levensduur waardoor zij vervangen moesten worden. Omdat op dit moment nog niet aangegeven kan worden of deze overschrijding opgevangen kan worden binnen het totale taakveld rioleringen wordt voorgesteld het nadeel bij de jaarrekening te verwerken. Het saldo op het taakveld rioleringen wordt dan gestort of onttrokken uit de voorziening riolering.