Lasten
4.2 - Openbaar basisonderwijs (hogere lasten vergoeding huur Stichting Ontmoetingshuis € 27.000 en hogere lasten juridische onderzoeken Motie 2020.30 € 15.000):
Het aantal schoolgaande leerlingen in het Ontmoetingshuis is hoger dan ingeschat voor 2021 waardoor de vergoeding voor huur van ruimte aan Stichting Ontmoetingshuis Veenendaal-Oost € 27.000 hoger zal zijn dan begroot.
Door de juridische onderzoeken n.a.v. motie M2020.30 IKC Veenendaal Oost en de begeleiding van de beheerovereenkomst Rembrandt College wordt het budget voor 2021 overschreden met € 15.000.
4.3 - Onderwijsbeleid en leerlingenzaken (lagere lasten algemeen onderwijsbeleid € 8.000 , lagere lasten ICT-fonds € 54.000 en lagere lasten peuterwerk € 72.000):
Voorgesteld wordt het restant budget van € 8.000 van algemeen onderwijsbeleid over te hevelen voor de afrekening openbaar onderwijs in 2022. Zo lang een gemeente ook schoolbestuur is van een openbare school moet er in het kader van de overschrijdingsregeling vijfjaarlijks een afrekening worden opgesteld. Met deze vijfjaarlijkse afrekening wordt vastgesteld of de gemeente meer heeft uitgegeven dan aan rijksbijdragen is ontvangen. Is dat het geval dan vindt doorbetaling aan het bijzonder onderwijs plaats. Het Rembrandt College is verzelfstandigd per 1 januari 2021 en alle financiën zijn afgewikkeld en moet in 2022 de afrekening worden opgesteld.
Verder wordt voorgesteld om het restant van het ICT-fonds, ad € 54.000, mee te nemen naar 2022.
Voor peuterwerk is over 2020 nog een bedrag van afgerond € 55.000 teruggevorderd. Conform het collegebesluit van 7 september 2021 wordt dit restantbudget en het restantbudget 2021 gebruikt om extra peuterplaatsen zonder VE te realiseren. Voorgesteld wordt om € 72.000 over te hevelen naar 2022.
5.2 - Sportaccommodaties (hogere lasten herstelwerkzaamheden zwembad € 150.000, hogere lasten beheerplan gemeentelijk vastgoed zwembad € 125.000) en hogere lasten vloerconstructie gymzaal Zuiderkruis € 32.000):
De randen (keramiektegels) van buitenbaden van het zwembad De Vallei laten los van de betonnen ondergrond. Dit levert onveilige situaties op. Tot nu toe is dit altijd tijdelijk opgelost, maar een structurele oplossing van deze situatie is noodzakelijk. In de tweede bestuursrapportage 2021 is deze ontwikkeling reeds als risico benoemd. Hiervoor is in overleg met Sportservice als beheerder van het zwembad gezocht naar deze structurele oplossing. Dit heeft geleid tot een collegebesluit met een oplossing waarbij natuursteen wordt aangebracht en extra zorg wordt gegeven aan de hechting hiervan.
Het is wenselijk dat deze herstelwerkzaamheden worden uitgevoerd in de periode dat de buitenbaden zijn gesloten en dat bij de start van het nieuwe seizoen (2022) de herstelwerkzaamheden zijn afgerond. De kosten voor de herstelwerkzaamheden worden geraamd op € 150.000.
Op basis van het beheerplan gemeentelijk Vastgoed 2021-2025 (zie Programma 1: Fysieke leefomgeving, toelichting bij taakveld 6.1) wordt binnen de betreffende voorziening in relatie tot het vastgoed Zwembad € 125.000 bijgeraamd. Dit op basis van een herberekening van de onderhoudskosten die afwijken ten opzichte van de berekening van 4 jaar geleden.
De vloerconstructie van de gymzaal aan de Zuiderkruis 744 was gecorrodeerd. Herstelwerkzaamheden van de vloer was noodzakelijk en kon niet uitgesteld worden. Deze werkzaamheden zijn niet in het MOP gemeentelijke gebouwen opgenomen. De kosten hiervan bedroegen € 32.000.
5.3 - Cultuurpresentatie, cultuurproductie en cultuurparticipatie (lagere lasten € 133.000)
Op basis van het beheerplan gemeentelijk Vastgoed 2021-2025 (zie Programma 1: Fysieke leefomgeving, toelichting bij taakveld 6.1) wordt binnen de betreffende voorziening in relatie tot het vastgoed De Lampegiet € 133.000 afgeraamd. Theater de Lampegiet wordt geplaatst in de categorie strategische voorraad waarbij alleen nog het allernoodzakelijkste onderhoud wordt uitgevoerd om het gebruik mogelijk te maken en de veiligheid te waarborgen.
5.3 - Cultuurpresentatie, cultuurproductie en cultuurparticipatie (lagere lasten beleid cultuur € 29.000)
In de Cultuurnota 2022-2025 staat bij de 1e verhaallijn o.a. uitbreiding van beleid cultuur met 0,3 fte. Deze urenuitbreiding komt niet ten laste van het extra cultuurbudget vanaf 2022. Dit betekent dat we in de kadernota 2023 een voorstel zullen indienen om deze extra fte op te nemen in de programmabegroting 2023. Om ook in 2022 al voldoende slagkracht te kunnen hebben, stellen wij voor om incidenteel een bedrag van € 29.000 af te ramen voor deze 0,3 fte cultuur.
Voorgesteld wordt om € 29.000 over te hevelen naar 2022 en in 2022 opnieuw beschikbaar te stellen. Daarnaast staat in het raadsvoorstel cultuurvisie dat er uitbreiding van het budget wijk-activiteiten nodig is om de doelstellingen te kunnen realiseren. Ook dit budget zullen we ter afweging meenemen bij de opstelling van de kadernota en programmabegroting 2023.
6.1 - Samenkracht en burgerparticipatie (lagere lasten implementatiebudget quasi inbesteding € 130.000 en lagere lasten coronaherstelfonds € 300.000):
Vanuit quasi inbesteding is het implementatiebudget beschikbaar gesteld. Vanwege corona was het in 2021 niet mogelijk om een aantal beleidsmatige onderdelen uit te voeren. De planning hiervoor is verschoven naar 2022. Het gaat om de thema's voordeur en GGZ wachtverzachters . Daarnaast wordt ook de monitoring in 2022 verder vormgegeven. Voorgesteld wordt om € 130.000 over te hevelen naar 2022 en in 2022 opnieuw beschikbaar te stellen voor uitvoering van de genoemde taak.
Voor de 2e tranche van het coronaherstelfonds is € 300.000 beschikbaar. Het proces voor de 2e tranche is gewijzigd: er wordt eerst een inventarisatie gemaakt en een afgewogen pakket van maatregelen ontwikkelt voordat de besluitvorming plaatsvindt. De inzet van de € 300.000 zal derhalve in 2022 plaatsvinden. Voorgesteld wordt om deze middelen over te hevelen naar 2022.
6.2 - Wijkteams (lagere lasten transformatiebudget € 66.000 en lagere lasten integrale projecten Sociaal Domein € 125.000):
In 2020 is € 138.000 overgeheveld naar 2021 i.v.m. het transformatiebudget. De kosten in 2021 die ten laste van het transformatiebudget worden gebracht bedragen € 72.000. Voorgesteld wordt om het restant van het transformatiebudget, ad. € 66.000, over te hevelen naar 2022 en in 2022 opnieuw beschikbaar te stellen.
Daarnaast is in 2020 bij de jaarrekening een budget overgeheveld voor de regeling integrale projecten Sociaal domein. Deze regeling wordt naar verwachting in 2022 vastgesteld. In 2021 worden hiervoor de nodige voorbereidende werkzaamheden verricht. Voorgesteld wordt de resterende middelen, ad. € 125.000, over te hevelen naar 2022 en in 2022 opnieuw beschikbaar te stellen voor uitvoering van genoemde regeling.
6.3 - Inkomensregelingen (hogere lasten TONK € 27.000 en lagere lasten bijstand € 43.000):
Per 1 oktober jl. is de regeling Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK) beëindigd. Ten behoeve van de afwikkeling van deze regeling wordt rekening gehouden met € 27.000 hogere uitgaven TONK. Bij de jaarrekening wordt de definitieve balans opgemaakt, inclusief verwerking van de uitvoeringskosten.
In het bijstandsbestand is een lichte daling waarneembaar, waardoor de begroting voor 2021 met € 43.000 naar beneden bijgesteld wordt.
Als onderdeel van het steun- en herstelpakket stelt het kabinet in 2022 extra middelen voor bijzondere bijstand beschikbaar. Deze middelen zijn gericht op het bieden van snelle hulp en ondersteuning aan mensen die vanwege de crisis te maken krijgen met (dreigende) armoedeproblematiek. Voorgesteld wordt deze middelen (€ 55.000) in 2022 toe te voegen aan de reguliere middelen bijzondere bijstand en daarmee beschikbaar te stellen voor de uitvoering van deze taak.
6.4 - Begeleide participatie (lagere lasten € 90.000):
Bij het bepalen van de financiële kaders ten behoeve van het transitieproces IW4 is in 2018 rekening gehouden met een Rijksbijdrage per SE. Deze Rijksbijdrage ligt in 2021 hoger dan destijds werd voorzien. De gemeentelijke compensatie voor het subsidietekort valt hierdoor in 2021 € 90.000 lager uit. In de decembercirculaire 2021 wordt de Rijkssubsidie 2021 naar verwachting incidenteel verhoogd met een WSW coronacompensatie. Naar verwachting zal de compensatie, net als vorig jaar, worden doorgegeven aan IW4.
6.5 - Arbeidsparticipatie (lagere lasten inburgering € 75.000 en lagere lasten reintegratie € 370.000):
Per 1 januari 2022 gaat de nieuwe Wet Inburgering in. Het implementatieproces is in volle gang en zal nog doorlopen tot in 2022. Voorgesteld wordt om van de beschikbare invoeringsmiddelen € 75.000 over te hevelen naar 2022 en in 2022 beschikbaar te stellen voor afronding van het implementatieproces. Bij de jaarrekening wordt een voorstel opgenomen voor resultaatbestemming van de dan nog resterende middelen.
Als onderdeel van het corona steun- en herstelpakket heeft het Rijk in eerdere circulaires extra middelen beschikbaar gesteld om zowel lokaal als regionaal de gevolgen van de coronacrisis voor de arbeidsmarkt op te vangen. Deze middelen zijn via de bestuursrapportages toegevoegd aan het reguliere budget arbeidsparticipatie. Samen met het reguliere budget voor uitvoering van deze taak is voor 2021 een relatief groot budget beschikbaar. We zien - mede door de sterkere economische opleving dan eerder werd verwacht - dat niet alle middelen nodig zijn voor uitvoering van de taak. Voorgesteld wordt dan ook om incidenteel € 370.000 af te ramen.
In de septembercirculaire 2021 heeft het Rijk voor 2022 opnieuw extra middelen beschikbaar gesteld ten behoeve van zowel het op peil houden van de re-integratiedienstverlening als het intensiveren van de dienstverlening aan mensen die nu als gevolg van de coronacrisis instromen. Hoewel we enerzijds een sterker economisch herstel zien dan eerder verwacht, is tegelijk nog steeds sprake van een aantal onzekere factoren. Het gaat dan bijvoorbeeld om effecten op de arbeidsmarkt nu diverse regelingen zoals Tozo en TONK per 1 oktober jl. zijn beëindigd. Voorgesteld wordt om de extra middelen van € 134.000 voor 2022 in 2022 beschikbaar te stellen voor uitvoering van de taken.
6.71- Maatwerkdienstverlening 18+ (lagere lasten schuldhulpverlening € 50.000, lagere lasten compensatieregeling maatwerk voorzieningen € 200.000:
In de Programmabegroting 2022 is aangegeven dat een verwachte toename van het aantal inwoners dat ondersteuning nodig heeft bij financiële problematiek en schulden het beschikbare budget onder druk zet en is tevens aangekondigd dat in deze bestuursrapportage een voorstel voor overheveling wordt opgenomen. Voorgesteld wordt om € 50.000 (incidenteel) over te hevelen naar 2022 en in 2022 beschikbaar te stellen voor uitvoering van de taken. Bij de jaarrekening wordt een voorstel voor resultaatbestemming opgenomen voor de dan nog resterende middelen. Hiermee zijn voor 2022 naar verwachting voldoende middelen beschikbaar. Als onderdeel van het steun- en herstelpakket stelt het kabinet ook in 2022 extra middelen voor het gemeentelijk schuldenbeleid beschikbaar. Voorgesteld wordt deze middelen in 2022 toe te voegen aan de reguliere middelen schulddienstverlening en daarmee beschikbaar te stellen voor uitvoering van deze taak.
Onder andere in de tweede bestuursrapportage is aangegeven dat de uitgaven op het maatwerkbudget achterblijven bij de verwachtingen en dat dit onder andere wordt veroorzaakt door de complexiteit van juridische borging. In 2022 wordt het budget naar verwachting breder ingezet om de doelstelling 'voorkomen dat mensen financieel door het ijs zakken' te kunnen realiseren. Het budget kan onder andere worden ingezet om specialistische (schuld)hulpverlening in te zetten voor bedrijven die in de problemen zijn geraakt door de coronacrisis of door het aflopen van de regelingen Tozo en TONK. De raad wordt hierover nog nader geïnformeerd. Gezien de verwachte vraag naar deze vorm van ondersteuning wordt voorgesteld om € 200.000 over te hevelen naar 2022 en in 2022 beschikbaar te stellen voor uitvoering van het maatwerkbudget.
6.72 - Maatwerkdienstverlening 18- (lagere lasten Programma Sociaal Domein € 300.000):
In de meerjarenplanning van de opgave Sociaal Domein is rekening gehouden met bestedingen in 2022. Er is echter geen structureel opgavebudget beschikbaar. De beschikbare middelen komen voort uit het voormalige programmabudget en eerder overgehevelde middelen. Om de reeds in 2021 ingezette activiteiten af te kunnen ronden en voor 2022 geplande activiteiten uit te kunnen voeren is het van belang om ook in 2022 middelen beschikbaar te hebben. Het gaat dan bijvoorbeeld om de verdere ontwikkeling van een integraal dashboard sociaal domein (in 2022 met name onderdeel jeugd), de ontwikkeling van simpel switchen (arbeidsmatige dagbesteding / beschut werk), de publiekscampagne en de verdere ontwikkeling van de sociale basis conform de visie en het Integraal beleidskader Sociaal Domein. Voorgesteld wordt om van de resterende middelen € 300.000 over te hevelen naar 2022 en in 2022 beschikbaar te stellen voor de uitvoering van deze activiteiten. Ook voor 2023 e.v. is er geen opgavebudget beschikbaar. Bij het opstellen van de Kadernota 2023 wordt een voor 2023 benodigd jaarbudget betrokken, alsmede de benodigde structurele middelen ter borging van structurele capaciteit en uitvoeringsbudgetten.
6.81 - Geëscaleerde zorg 18+ (lagere lasten aanpak verward gedrag € 110.000 en lagere lasten opvang en beschermd wonen € 305.000):
Het verwachtte voordeel van € 110.000 ontstaat omdat er middelen vanuit 2020 zijn meegenomen voor de bekostiging van het Meldpunt Verward. Omdat we in 2021 hiervoor subsidie ontvangen vanuit ZonMW zijn deze gereserveerde middelen niet volledig nodig.
Het innovatiebudget Beschermd Wonen is vanuit centrumgemeente Amersfoort in 2019 ontvangen om de lokale ambulantisering van Beschermd Wonen naar Beschermd Thuis vorm te geven. Om een goede inzet van deze middelen te bepalen is een narratief onderzoek geïnitieerd. In 2020/2021 (vertraagd door Corona) is het narratief onderzoek uitgevoerd en afgerond én is een woonzorgonderzoek uitgevoerd door Companen. Uit beide onderzoeken komen concrete aanknopingspunten en kansen naar voren waarop Veenendaal gericht kan inzetten om de ambulantiseringsbeweging te ondersteunen. Door prioriteiten i.v.m. de centrumregio wijziging is het niet gelukt om in 2021, in samenspraak met de lokale partijen, te komen tot concrete pilots. In het laatste kwartaal 2021 wordt een lokale meerjaren agenda ambulantsering opgesteld. Vanuit het innovatiebudget willen wij in 2022 pilots inzetten die bijdragen aan doelstellingen van de meerjaren aanpak Beschermd Wonen in Veenendaal. Voorgesteld wordt de resterende middelen, ad. € 305.000, over te hevelen naar 2022 en in 2022 opnieuw beschikbaar te stellen voor uitvoering van genoemde pilots.
7.1- Volksgezondheid (hogere lasten GGD regio Utrecht € 43.000, lagere lasten GIDS gelden € 69.000 en lagere lasten gezondheidsbeleid € 15.000:
Op basis van de begrotingswijziging 2021 GGD regio Utrecht bedraagt de bijdrage 2021 voor de GGD € 15.282 meer dan de in juni 2020 vastgestelde begroting GGDrU 2021. Daarnaast zijn per abuis de financiële consequenties van de in juni 2020 vastgestelde begroting GGDrU 2021 ad € 27.000 niet verwerkt in de Programmabegroting 2021. Het totaal nadeel van € 43.000 (inclusief begrotingswijziging) is nu verwerkt in deze bestuursrapportage.
Voor de GIDS gelden betreft het een resultaatbestemming uit 2020, maar vanwege Corona konden de middelen nog niet worden ingezet. Besteding van de middelen wordt voorzien voor 2022, mede in samenhang met de doelen uit het preventieakkoord. Voorgesteld wordt de middelen, ad € 69.000, over te hevelen en in 2022 beschikbaar te stellen voor uitvoering van de geplande activiteiten.
Voor het uitbreiden van beschikbaarheid van AED’s staat er jaarlijks een bedrag van €15.000 gereserveerd die we als subsidie aan HartslagNu Veenendaal (HNV) kunnen verlenen. Omdat HNV van hun eerste subsidie (2019/2020) nog veel geld over had, is besloten dat zij dit geld nog in 2021 mogen uitgeven. Hierdoor hebben zij geen nieuwe subsidie over 2021 aangevraagd. Het opleiden van leerlingen, zodat zij een AED kunnen bedienen, sluit naadloos aan op het doel om meer AED’s beschikbaar te hebben in Veenendaal. Op dit moment is de motie nog niet uitgevoerd.
Baten
5.3 - Cultuurpresentatie, cultuurproductie en cultuurparticipatie (lagere baten € 184.000):
Door het vertrek van de V.U. is er leegstand ontstaan in het Spectrum waardoor er geen huurinkomsten, ad € 184.000, voor deze ruimtes binnenkomen. In 2021 konden deze ruimtes ook niet verhuurd worden vanwege de vloerversterkingsmaatregelen.
6.2 - Wijkteams (lagere baten € 12.000):
Het nieuwe huurcontract met de GGD voor de Twijn genereert een structurele lagere huuropbrengst van €12.000. De GGD betaalt als onderhuurder minder huur omdat de gemeente ook minder huur betaalt aan de eigenaar.
6.3 - Inkomensregelingen (lagere baten € 193.000)
Vanuit het Rijk ontvangen we een gebundelde uitkering BUIG. Binnen het taakveld Inkomensregelingen worden diverse onderdelen dan ook in samenhang bezien. In de tweede bestuursrapportage en ook de programmabegroting 2022 is aangegeven dat - als gevolg van diverse onzekerheden en nog onvoldoende te duiden ontwikkelingen - rekening werd gehouden met mogelijk een structureel negatieve bijstelling van onze begroting.
Inmiddels is het definitieve budget 2021 bekend (€ 193.000 nadelig) en dit wordt in deze bestuursrapportage verwerkt. Dit nadelige effect kan deels worden opgevangen door onder andere een lichte daling van het bijstandsbestand, waardoor ten opzichte van de begroting voor 2021 op de bijstandsbudgetten nog een nadeel resteert van € 150.000 (incidenteel).
Het voorlopig budget 2022 is inmiddels ook gepubliceerd; dit ligt € 725.000 hoger dan geraamd in onze begroting. Rekening houdend met de wijzigingen binnen het verdeelmodel, de bestandsontwikkeling, conjunctuur en eerdergenoemde onzekerheden wordt voorgesteld het voorlopig budget 2022 budgettair neutraal te verwerken binnen de bijstandsbudgetten.
Reservemutaties
Reserve meerjarige middelen: storting (€ 1.798.000)
Voorgesteld wordt om de resterende middelen ten behoeve van de diverse doelen, ad. in totaal € 1.798.000, via de reserve meerjarige middelen over te hevelen naar 2022.