Lasten
5.1A - Sportbeleid en activering (nadeel € 23.000)
Voor het schrijven van het Integraal Huisvestingsplan Sport én het nieuwe beleidskader Sport willen we onderzoek laten doen. We hebben aan het Mulier Instituut gevraagd of zij een capaciteitsstudie kunnen uitvoeren. Daarbij wordt gekeken naar het gebruik van binnen- en buitensport. Ook gaat het onderzoek in op het bewegingsonderwijs in Veenendaal. De kosten van dit onderzoek bedragen € 23.000.
6.1B - Samenkracht en burgerparticipatie (voordeel € 110.000)
We zien dat de aanvragen in 2022 voor sociaal-medische indicaties zijn afgenomen. We verwachten dat deze lijn structureel is. Daarom ramen we € 110.000 af op dit budget. Deze afwijking is incidenteel verwerkt in deze bestuursrapportage omdat deze positieve bijstelling ook structureel wordt meegenomen in de kadernota 2024-2027.
6.3 - Inkomensregelingen (nadeel € 98.000)
Sinds september 2022 heeft de minister de mogelijkheid geboden om ruimere normen te hanteren voor het vermogen van de belastingplichtige bij de kwijtschelding van de gemeentelijke belastingen. Hierdoor krijgen meer mensen met een laag inkomen en een klein vermogen ook recht op kwijtschelding. In Veenendaal gaat het om circa 250 inwoners. De extra last van afgerond € 98.000,- die de toepassing hiervan veroorzaakt in 2023 brengen we voor het overgrote deel ten laste van de egalisatiereserve afvalstoffenverwijdering en -verwerking (afgerond € 87.000) en de voorziening riolering (afgerond € 9.000). Vanaf 2024 kunnen we de extra lasten dekken door deze in de tarieven te verwerken.
Het deel hondenbelasting (afgerond € 2.000) zal ten laste van de algemene middelen gebracht worden.
6.2A - Toegang en eerstelijnsvoorzieningen, 6.72A - Jeugdhulp begeleiding, 6.72B - Jeugdhulp behandeling , 6.72C - Jeugdhulp dagbesteding, 6.73A - Pleegzorg, 6.73B - Gezinsgericht, 6.73C - Jeugdhulp met verblijf overig, 6.74A - Behandeling GGZ zonder verblijf, 6.74B - Crisis/LTA/GGZ-verblijf, 6.74C - Gesloten plaatsing, 6.82A - Jeugdreclassering, 6.82B - Jeugdreclassering (nadeel € 3.700.000)
Voor de tweedelijns zorg Jeugd verwachten we € 25.500.000 aan uitgaven in 2023. Dit komt door de in 2022 ingezette stijging van kosten op ambulant en zware residentiele jeugdhulp (verblijf) in 2023 naar verwachting aanhoudt. Daarnaast zijn de loon- en prijsstijgingen hoger gebleken dan bij programmabegroting bekend was, door de landelijke ontwikkeling van de inflatie. Ook voorzien we een kostenstijging door frictiekosten in het kader van transformatie bij een landelijk opererende grote zorgaanbieder. Het verschil tussen het bedrag dat is opgenomen in de begroting 2023 bedraagt afgerond € 3.700.000. De kostenontwikkeling jeugd 2023-2027 is ook meegenomen in de kadernota 2024-2027 en daarom worden deze financiële afwijkingen incidenteel verwerkt in deze bestuursrapportage. We kijken in de komende periode naar hoe we de raad verder kunnen informeren over de kostenontwikkeling.
6.4 - WSW en beschut werk (voordeel € 69.000)
In maart 2023 is de evaluatie transitieplan IW4 vastgesteld. Door de verhoging van de rijksbijdrage per WSW-er en de positieve financiële ontwikkelingen binnen de bedrijfsvoering van IW4 is geconcludeerd dat een extra gemeentelijke bijdrage voor een subsidietekort niet meer nodig is. In de afgelopen jaren is een deel van de middelen reeds structureel afgeraamd. De nog gereserveerde extra gemeentelijke middelen vallen nu ook vrij.
Het aantal beschutwerkers in Veenendaal blijft iets achter op de taakstelling vanuit het Rijk. Het Rijk is bezig om de verdeling van de aantallen te herzien. Hierdoor is de kans groot dat Veenendaal op termijn minder beschut werkers toegewezen krijgt met als gevolg minder budget. Verder toont landelijk onderzoek aan dat de landelijke vergoeding voor begeleidingskosten per beschutwerker ontoereikend is. Het is vooralsnog onduidelijk of dit leidt tot een hogere rijksvergoeding per beschutwerker. Voorgesteld wordt om rekening te houden met een extra gemeentelijke bijdrage in de begeleidingskosten van € 3.000 per werker. Afhankelijk van de ontwikkelingen is naar verwachting € 200.000 nodig om nadelige mutaties op te vangen.
Door het vrijvallen van de extra gemeentelijke bijdrage WSW ontstaat er financiële ruimte binnen dit taakveld. In de derde bestuursrapportage 2022 is aangegeven dat in 2023 voorstellen worden gedaan voor een structurele budgetverdeling tussen de taakvelden Begeleide Participatie en Arbeidsparticipatie, waarbij onder andere ook de benodigde personeelscapaciteit wordt betrokken. De (verwachte) groei en facilitering van de doelgroep Baanafspraak in combinatie met het krimpende (Rijks-)budget binnen het taakveld Arbeidsparticipatie geven aanleiding om te komen tot een budgetherverdeling. Voorgesteld wordt om € 250.000,- structureel over te hevelen naar het taakveld Arbeidsparticipatie.
Na verwerking van bovenstaande resteert (in 2024) een voordeel van € 69.000,-.
Baten
4.2A - Openbaar basisonderwijs, 5.2A - Sportaccommodaties, 5.3A - Cultuurpresentatie, cultuurproductie en cultuurparticipatie, 6.1A - Samenkracht en burgerparticipatie en 6.2B - Toegang en eerstelijnsvoorzieningen (nadeel € 16.000)
Voor het begrotingsjaar 2023 is het huurregister voor een aantal vastgoedobjecten geactualiseerd en is voor 2023 gerekend met een huurindex van 6,5%.